ECLI:NL:HR:2003:AH9771
Hoge Raad
- Cassatie
- G.J. Zuurmond
- F.W.G.M. van Brunschot
- P. Lourens
- C.B. Bavinck
- J.W. van den Berge
- Rechtspraak.nl
Cassatie over de aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen van een in Duitsland woonachtige belastingplichtige
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van een belastingplichtige, X, die in Duitsland woont, tegen een uitspraak van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch. De zaak betreft een aanslag in de inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen voor het jaar 1995. De belastingplichtige had bezwaar gemaakt tegen de aanslag, die door de Inspecteur was verminderd, maar het Hof bevestigde deze uitspraak. De belastingplichtige heeft vervolgens cassatie ingesteld.
De Hoge Raad heeft vastgesteld dat de belastingplichtige tot 22 mei 1995 in Nederland woonachtig was en daarna naar Duitsland verhuisde. Gedurende zijn verblijf in Nederland was hij gedetacheerd door zijn werkgever in Nederland bij een Duitse onderneming. De Inspecteur had een aanslag opgelegd die een premie volksverzekeringen van ƒ 13.969 omvatte, gebaseerd op het maximale premie-inkomen van ƒ 44.349. In cassatie was de vraag of de belastingplichtige gedurende het gehele jaar 1995 verzekerd was voor de Nederlandse volksverzekeringen.
De Hoge Raad oordeelde dat de belastingplichtige vanaf zijn verhuizing naar Duitsland niet meer verzekerd was voor de Nederlandse volksverzekeringen. Dit leidde tot de conclusie dat de aanslag moest worden verminderd. De Hoge Raad verklaarde het beroep gegrond, vernietigde de uitspraak van het Hof en de uitspraak van de Inspecteur, en verminderde de aanslag tot een belastbaar inkomen van ƒ 29.273, met een premie volksverzekeringen van ƒ 5.434. Tevens werd bepaald dat de Staat de kosten van het griffierecht aan de belastingplichtige moest vergoeden.
Deze uitspraak benadrukt de toepassing van de Europese regelgeving omtrent sociale zekerheid en de gevolgen van verhuizing naar een andere lidstaat voor de belastingplichtige.