ECLI:NL:HR:2003:AK8314
Hoge Raad
- Cassatie
- A.E.M. van der Putt-Lauwers
- F.W.G.M. van Brunschot
- P. Lourens
- C.B. Bavinck
- J.W. van den Berge
- Rechtspraak.nl
Cassatie inzake aanslag inkomstenbelasting en bijgeschreven rente
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van belanghebbende X te Z tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Leeuwarden van 19 juli 2002, nr. BK 312/01, betreffende een aanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen voor het jaar 1997. De aanslag was opgelegd naar een belastbaar inkomen van ƒ 102.021. Na bezwaar tegen deze aanslag, handhaafde de Inspecteur de aanslag, waarna belanghebbende in beroep ging bij het Hof. Het Hof verklaarde het beroep ongegrond, waarop belanghebbende cassatie instelde.
De Hoge Raad beoordeelt in deze procedure of belanghebbende de door de bank bijgeschreven rente op een schuld aan de bank ten laste van de winst van het jaar 1997 mag brengen. Het Hof had vastgesteld dat de bijgeschreven rente zo goed als zeker niet voldaan zou worden door belanghebbende, waardoor de geldswaarde van die rente op nihil gesteld moest worden. De Hoge Raad oordeelt dat het Hof terecht heeft geoordeeld dat de verhoging van de schuldpositie op de balans niet reëel was, omdat aangenomen moest worden dat de bank het bijgeschreven bedrag niet zou invorderen.
De Hoge Raad concludeert dat de middelen van belanghebbende niet tot cassatie kunnen leiden. De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten en verklaart het beroep ongegrond. Dit arrest is uitgesproken op 12 september 2003 door de raadsheer A.E.M. van der Putt-Lauwers als voorzitter, en de overige raadsheren in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier E. Cichowski.