ECLI:NL:HR:2004:AR2384
Hoge Raad
- Cassatie
- P. Neleman
- H.A.M. Aaftink
- O. de Savornin Lohman
- P.C. Kop
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Cassatie van een eerdere uitspraak inzake de coöperatieve vereniging ZUIVELCOÖPERATIE CAMPINA MELKUNIE B.A.
In deze zaak gaat het om een cassatieprocedure waarbij eisers tot cassatie, bestaande uit zes personen en een rechtspersoon, zich verzetten tegen een eerdere uitspraak van het gerechtshof te Arnhem. De zaak betreft een geschil tussen de eisers en de coöperatieve vereniging ZUIVELCOÖPERATIE CAMPINA MELKUNIE B.A., die als verweerster in cassatie optreedt. De Hoge Raad verwijst naar een eerder arrest van 9 juni 2000, waarin Campina niet-ontvankelijk werd verklaard in haar beroep tegen een eerdere uitspraak van het gerechtshof. Dit arrest heeft geleid tot verdere rechtsgang en uiteindelijk tot het arrest van het hof van 22 april 2003, waarin de vorderingen van de eisers werden afgewezen en zij in de proceskosten werden veroordeeld.
De Hoge Raad heeft de zaak in cassatie behandeld en de klachten van de eisers, die in hun middelen naar voren zijn gebracht, kunnen niet leiden tot cassatie. De Hoge Raad oordeelt dat de aangevoerde klachten geen nadere motivering behoeven, omdat zij niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad verwerpt het beroep en veroordeelt de eisers in de kosten van het geding in cassatie, die zijn begroot op een totaal van € 1.681,34, bestaande uit verschotten en salaris voor de advocaat.
Dit arrest is uitgesproken in het openbaar door de vice-president P. Neleman, die als voorzitter fungeerde, samen met de andere raadsheren. De uitspraak vond plaats op 19 november 2004.