ECLI:NL:HR:2005:AT6848
Hoge Raad
- Cassatie
- D.H. Beukenhorst
- O. de Savornin Lohman
- W.A.M. van Schendel
- P. Neleman
- Rechtspraak.nl
Echtscheiding en kinderalimentatie in cassatie
In deze zaak heeft de man, verzoeker tot cassatie, op 13 mei 2002 een verzoekschrift ingediend bij de rechtbank te Rotterdam met het verzoek om echtscheiding van de vrouw, verweerster in cassatie. Daarnaast heeft hij een aantal nevenverzoeken ingediend. De vrouw heeft de nevenverzoeken bestreden en zelfstandig verzocht om kinderalimentatie van € 325,-- per maand per kind. De rechtbank heeft op 31 maart 2003 de echtscheiding uitgesproken en de man verplicht om kinderalimentatie te betalen, te weten € 235,-- per maand per kind, met verhogingen in de daaropvolgende jaren.
Tegen deze beschikking heeft de man hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te 's-Gravenhage, waar de vrouw incidenteel hoger beroep heeft ingesteld. Het hof heeft op 25 februari 2004 de beschikking van de rechtbank vernietigd en de kinderalimentatie voor de periode van 28 mei 2003 tot 1 oktober 2003 vastgesteld op € 325,-- per maand per kind, en vanaf 1 oktober 2003 op € 300,-- per kind per maand. De man heeft vervolgens beroep in cassatie ingesteld tegen de beschikking van het hof.
De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld en geconcludeerd dat de klachten van de man niet tot cassatie kunnen leiden. De Hoge Raad oordeelt dat de aangevoerde klachten geen nadere motivering behoeven, omdat ze niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad heeft het beroep van de man verworpen, en deze beschikking is openbaar uitgesproken op 23 september 2005.