ECLI:NL:HR:2005:AT7539
Hoge Raad
- Cassatie
- J.B. Fleers
- O. de Savornin Lohman
- P.C. Kop
- E.J. Numann
- J.C. van Oven
- Rechtspraak.nl
Geschil over de voortzetting van de huurovereenkomst voor een houten kantinegebouw op een camping na verhuizing
In deze zaak gaat het om een geschil tussen [eiser] en Camping Zeeburg over de voortzetting van een huurovereenkomst voor een houten kantinegebouw op een camping. De huurovereenkomst, die oorspronkelijk op 21 juni 1993 was gesloten, liep tot 31 maart 1997. Na deze datum heeft Camping Zeeburg de overeenkomst opgezegd en een nieuw aanbod gedaan voor een huurovereenkomst op een nieuw terrein. [eiser] heeft dit aanbod echter afgewezen, wat leidde tot een rechtszaak.
De kantonrechter te Amsterdam heeft de vordering van [eiser] in eerste instantie afgewezen. Hierop heeft [eiser] hoger beroep ingesteld, maar de rechtbank heeft het vonnis van de kantonrechter bekrachtigd. [eiser] heeft vervolgens cassatie ingesteld bij de Hoge Raad. De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld en geconcludeerd dat de oude huurovereenkomst per 1 april 1997 was geëindigd. De rechtbank oordeelde dat het aanbod voor een nieuwe huurovereenkomst niet zo onredelijk was dat [eiser] geen andere keuze had dan deze te weigeren.
De Hoge Raad heeft het vonnis van de rechtbank vernietigd en de zaak verwezen naar het gerechtshof te Amsterdam voor verdere behandeling. De Hoge Raad oordeelde dat de rechtbank onvoldoende had gemotiveerd waarom [eiser] een tegenbod had moeten doen, terwijl Camping Zeeburg niet bereid was tot onderhandelen. Dit leidde tot de conclusie dat de afwijzende beslissingen van de rechtbank niet konden standhouden.