ECLI:NL:HR:2006:AU7739
Hoge Raad
- Cassatie
- A.G. Pos
- L. Monné
- P.J. van Amersfoort
- A.R. Leemreis
- C.J.J. van Maanen
- Rechtspraak.nl
Vrijstelling van overdrachtsbelasting voor het Kadaster in het kader van artikel 15, lid 1, aanhef en letter c, van de Wet op belastingen van rechtsverkeer
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 10 maart 2006 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure die was ingesteld door de Dienst voor het kadaster en de openbare registers te Apeldoorn. De zaak betreft de vraag of het Kadaster recht heeft op vrijstelling van overdrachtsbelasting bij de verkrijging van onroerende zaken, zoals geregeld in artikel 15, lid 1, aanhef en letter c, van de Wet op belastingen van rechtsverkeer. De belanghebbende had een bedrag van ƒ 774.000 aan overdrachtsbelasting voldaan bij de verkrijging van een onroerende zaak en had bezwaar gemaakt tegen dit bedrag, wat door de Inspecteur was afgewezen. Het Hof had het beroep van de belanghebbende ongegrond verklaard, waarna de belanghebbende in cassatie ging.
De Hoge Raad oordeelde dat de vrijstelling van overdrachtsbelasting van toepassing is op het Kadaster, aangezien het Kadaster kan worden aangemerkt als een 'openbaar lichaam' in de zin van artikel 134 van de Grondwet. De Hoge Raad vernietigde de uitspraak van het Hof en de uitspraak van de Inspecteur, en verleende teruggaaf van de geheven overdrachtsbelasting ten bedrage van ƒ 774.000 (€ 351.225,89). Tevens werd de Staatssecretaris van Financiën veroordeeld in de proceskosten van de belanghebbende, vastgesteld op € 644 voor beroepsmatig verleende rechtsbijstand, en de Inspecteur in de kosten van het geding voor het Hof, vastgesteld op € 483 voor beroepsmatig verleende rechtsbijstand.
De Hoge Raad concludeerde dat de wetgever bij de totstandkoming van de vrijstelling beoogde zoveel mogelijk publiekrechtelijke lichamen te betrekken. De argumenten van het Hof dat het Kadaster niet als openbaar lichaam kan worden aangemerkt, werden verworpen. De Hoge Raad oordeelde dat het ontbreken van verordenende bevoegdheid niet betekent dat het Kadaster niet onder de vrijstelling valt. De uitspraak van het Hof kon niet in stand blijven, en de overige klachten behoefden geen behandeling.