ECLI:NL:HR:2006:AX6278
Hoge Raad
- Cassatie
- C.J.G. Bleichrodt
- B.C. de Savornin Lohman
- J.W. Ilsink
- J. de Hullu
- H.A.G. Splinter-van Kan
- Rechtspraak.nl
Psychische overmacht in strafzaken: beoordeling en vernietiging van de uitspraak
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 5 september 2006 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een vonnis van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba. De verdachte, geboren op een eiland in de Nederlandse Antillen, was gedetineerd in het Huis van Bewaring op Curaçao ten tijde van de aanzegging. Hij was veroordeeld voor onder andere medeplegen van verkrachting en diefstal met geweld. De verdachte stelde dat hij onder psychische druk van een mededader had gehandeld, die hem bedreigde met een vuurwapen. De Hoge Raad oordeelde dat het Hof had verzuimd om een gemotiveerde beslissing te geven over het beroep op psychische overmacht, zoals vereist door de artikelen 401 en 402 van het Wetboek van Strafvordering van de Nederlandse Antillen (SvNA). De Hoge Raad vernietigde de beslissing van het Hof met betrekking tot de strafbaarheid van de verdachte en de strafoplegging, en verwees de zaak terug naar het Hof voor herbehandeling. De Hoge Raad verwierp het beroep voor het overige, wat betekent dat de andere veroordelingen in stand blijven. Dit arrest benadrukt het belang van een zorgvuldige beoordeling van psychische overmacht in strafzaken en de noodzaak voor rechters om expliciet te motiveren waarom een beroep op dergelijke omstandigheden al dan niet wordt gehonoreerd.