ECLI:NL:HR:2007:BA1759
Hoge Raad
- Cassatie
- G.J.M. Corstens
- W.A.M. van Schendel
- J.W. Ilsink
- J. de Hullu
- H.A.G. Splinter-van Kan
- Rechtspraak.nl
Betrouwbaarheid van fotoconfrontaties bij herkenning van verdachte met gouden tanden
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 19 juni 2007 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een vonnis van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba. De verdachte, geboren op Curaçao, was eerder veroordeeld voor afpersing en poging tot doodslag. Het Hof had de verdachte veroordeeld tot elf jaren en elf maanden gevangenisstraf, waarbij het bewijs voornamelijk steunde op de herkenning van de verdachte door de aangever en getuige middels een fotoconfrontatie. De verdachte voerde aan dat de getuigen niet een voldoende objectieve keuzemogelijkheid was geboden, omdat hij op de fotoconfrontatie met zijn mond halfopen was afgebeeld, waardoor zijn gouden tanden zichtbaar waren, terwijl de andere personen op de foto's geen gouden tanden hadden of hun mond dicht hadden. Het Hof verwierp dit verweer en oordeelde dat de herkenning betrouwbaar was, omdat de combinatie van uiterlijke kenmerken van de verdachte zo specifiek was dat vergelijkbare foto's nauwelijks beschikbaar waren.
De Hoge Raad oordeelde echter dat het Hof niet voldoende had gemotiveerd waarom de resultaten van de fotoconfrontaties betrouwbaar waren, gezien het verweer van de verdachte. De Hoge Raad vernietigde de bestreden uitspraak en verwees de zaak terug naar het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba voor herbehandeling. De uitspraak benadrukt het belang van een voldoende objectieve keuzemogelijkheid bij fotoconfrontaties en de noodzaak voor een zorgvuldige beoordeling van de betrouwbaarheid van dergelijke identificaties in strafzaken.