ECLI:NL:HR:2007:BA5796
Hoge Raad
- Cassatie
- D.H. Beukenhorst
- O. de Savornin Lohman
- A. Hammerstein
- J.C. van Oven
- W.D.H. Asser
- Rechtspraak.nl
Kwalitatief recht op parkbijdrage in koop-/aannemingsovereenkomst voor vakantiepark
In deze zaak gaat het om de vraag of het recht op voldoening van de parkbijdrage, die voortvloeit uit de koop-/aannemingsovereenkomsten tussen Vakantiepark Zeebad B.V. en de kaveleigenaren, kan worden aangemerkt als een kwalitatief recht in de zin van artikel 6:251 BW. De Hoge Raad behandelt twee zaken, C06/035HR en C06/061HR, die beide voortkomen uit geschillen over de parkbijdrage die door de eigenaren van recreatiewoningen aan de exploitant van het vakantiepark verschuldigd is. In de eerste zaak oordeelt het hof dat het recht op de parkbijdrage een kwalitatief recht is dat met de overdracht van de gemeenschappelijke voorzieningen is overgegaan op Vakantiepark. In de tweede zaak oordeelt het hof dat dit recht geen kwalitatief recht is, waardoor Vakantiepark niet het recht heeft om de parkbijdrage te innen van de kaveleigenaren. De Hoge Raad vernietigt het arrest van het hof in de zaak C06/035HR en verwijst de zaak terug voor verdere behandeling, terwijl het beroep in de zaak C06/061HR wordt verworpen. De Hoge Raad oordeelt dat het hof onvoldoende heeft gemotiveerd waarom het recht op de parkbijdrage een kwalitatief recht zou zijn, en dat er geen zodanig verband bestaat tussen het recht op voldoening en de eigendom van de gemeenschappelijke voorzieningen, zoals vereist is voor de toepassing van artikel 6:251 BW.