ECLI:NL:HR:2007:BA8446

Hoge Raad

Datum uitspraak
26 oktober 2007
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
C06/134HR
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Huurgeschil over opzegging van huur kantoorruimte na afloop van abusievelijk vermelde termijn

In deze zaak gaat het om een huurgeschil tussen Newtrade V.O.F. en de verweerders, die gezamenlijk handelen onder de naam [A]. De zaak is ontstaan na een opzegging van huur voor kantoorruimte, waarbij de termijn abusievelijk op vier jaar was vermeld in de overeenkomst. De verweerder heeft Newtrade gedagvaard voor de rechtbank, sector kanton, Amsterdam, met de eis om betaling van vervallen huursommen vanaf 1 februari 2004 tot 31 januari 2005, ter hoogte van € 6.695,68 per maand, inclusief rente en kosten. De kantonrechter heeft de vordering op 19 oktober 2004 afgewezen, waarna de verweerder hoger beroep heeft ingesteld bij het gerechtshof te Amsterdam. Het hof heeft op 16 februari 2006 het vonnis van de kantonrechter vernietigd en Newtrade veroordeeld tot betaling van de huursommen. Newtrade heeft vervolgens cassatie ingesteld tegen dit arrest van het hof. De Hoge Raad heeft op 26 oktober 2007 het beroep in cassatie verworpen, waarbij de kosten van het geding in cassatie zijn toegewezen aan de zijde van de verweerder, begroot op € 1.191,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. De conclusie van de Advocaat-Generaal D.W.F. Verkade strekte ook tot verwerping van het beroep, en de Hoge Raad oordeelde dat de klachten in het middel niet tot cassatie konden leiden, zonder verdere motivering.

Uitspraak

26 oktober 2007
Eerste Kamer
Nr. C06/134HR
MK
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
1. NEWTRADE V.O.F.,
2. NEWTRADE FINANCIAL GROUP B.V.,
3. NEWTRADE DERIVATIVES I B.V.,
4. FLOW TRADERS B.V.,
alle gevestigd te Amsterdam,
EISERESSEN tot cassatie,
advocaat: mr. B.T.M. van der Wiel,
t e g e n
1. [Verweerder 1],
2. [Verweerder 2],
gezamenlijk handelende onder de naam [A],
beiden wonende te [woonplaats],
VERWEERDERS in cassatie,
advocaat: mr. E. Grabandt.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als Newtrade en [verweerder].
1. Het geding in feitelijke instanties
[Verweerder] heeft bij exploot van 23 februari 2004 Newtrade gedagvaard voor de rechtbank, sector kanton, Amsterdam en gevorderd, kort gezegd, Newtrade te veroordelen om aan [verweerder] te betalen de vanaf 1 februari 2004 vervallen huursommen en de nog te vervallen huursommen tot 31 januari 2005 van € 6.695,68 per maand, met rente en kosten.
Newtrade heeft de vordering bestreden.
De kantonrechter heeft bij vonnis van 19 oktober 2004 de vordering afgewezen.
Tegen dit vonnis heeft [verweerder] hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te Amsterdam.
Bij arrest van 16 februari 2006 heeft het hof het vonnis van de kantonrechter vernietigd en, opnieuw rechtdoende, Newtrade veroordeeld tot betaling aan [verweerder] van de huursommen ten bedrage van € 6.695,68 per maand over de periode van 1 februari 2004 tot en met 31 januari 2005.
Het arrest van het hof is aan dit arrest gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen het arrest van het hof heeft Newtrade beroep in cassatie ingesteld. De cassatiedagvaarding is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
[Verweerder] heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De zaak is voor partijen toegelicht door hun advocaten.
De conclusie van de Advocaat-Generaal D.W.F. Verkade strekt tot verwerping van het beroep.
3. Beoordeling van het middel
De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
veroordeelt Newtrade in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van [verweerder] begroot op € 1.191,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, als voorzitter, J.C. van Oven en C.A. Streefkerk, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer E.J. Numann op 26 oktober 2007.