ECLI:NL:HR:2008:BC3931
Hoge Raad
- Cassatie
- P.C. Kop
- O. de Savornin Lohman
- W.D.H. Asser
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Cassatie over bewijslastverdeling en rechterlijk vermoeden in civiele procedure
In deze zaak heeft eiser, wonende te [woonplaats], op 1 september 1998 verweerster, voorheen genaamd [A] B.V., gedagvaard voor de rechtbank te 's-Hertogenbosch. Eiser vorderde onder andere een verklaring voor recht dat verweerster toerekenbaar tekortgeschoten was in de overeenkomst van 23 september 1996 en verzocht verweerster te veroordelen tot betaling van diverse bedragen, waaronder een contractuele boete en onbetaalde facturen. Verweerster heeft de vorderingen bestreden en in reconventie eiser veroordeeld tot betaling van een aanzienlijk bedrag, vermeerderd met rente en kosten.
De rechtbank heeft in een tussenvonnis van 3 november 2000 een comparitie van partijen gelast en verweerster voorwaardelijk toegelaten tot bewijs. Bij eindvonnis van 8 maart 2002 heeft de rechtbank verweerster veroordeeld tot betaling aan eiser van € 40.540,72, vermeerderd met wettelijke rente, en het meer of anders gevorderde afgewezen. Eiser heeft hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te 's-Hertogenbosch, dat in een eindarrest van 11 april 2006 eiser niet-ontvankelijk verklaarde in zijn beroep tegen het tussenvonnis en het beroep tegen het eindvonnis ongegrond verklaarde. In het incidenteel appel heeft het hof het eindvonnis van de rechtbank vernietigd en verweerster veroordeeld tot betaling aan eiser van € 7.868,54, vermeerderd met wettelijke rente.
Eiser heeft cassatie ingesteld tegen de arresten van het hof. De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld en geconcludeerd dat de in de middelen aangevoerde klachten niet tot cassatie kunnen leiden. De Hoge Raad verwerpt het beroep en veroordeelt eiser in de kosten van het geding in cassatie, begroot op € 1.286,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. Dit arrest is gewezen door de raadsheren P.C. Kop, O. de Savornin Lohman, W.D.H. Asser, en openbaar uitgesproken door raadsheer E.J. Numann op 4 april 2008.