ECLI:NL:HR:2008:BC4590

Hoge Raad

Datum uitspraak
4 april 2008
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
C06/323HR
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie over overeenkomstenrecht en onverschuldigde betaling in een geschil tussen ICAS Exploitatie Consultants B.V. en Gem Saendelft

In deze zaak, die voor de Hoge Raad is gekomen, zijn ICAS Exploitatie Consultants B.V. en CETE Inframanagement B.V. (hierna gezamenlijk aangeduid als ICAS c.s.) eiseressen in cassatie tegen Gem Saendelft (Beheer) C.V. en Gem Saendelft Beheer B.V. (hierna gezamenlijk aangeduid als Gem c.s.). De zaak betreft een geschil over de uitvoering van een overeenkomst van opdracht en de daaruit voortvloeiende betalingsverplichtingen. ICAS c.s. hebben Gem c.s. gedagvaard voor de rechtbank te Haarlem, waarbij zij onder andere vorderden tot betaling van openstaande facturen en schadevergoeding. De rechtbank heeft in een tussenvonnis Gem B.V. als gevoegde partij toegelaten en uiteindelijk in conventie een deel van de vorderingen toegewezen, maar in reconventie de vorderingen van Gem c.s. afgewezen.

Na hoger beroep bij het gerechtshof te Amsterdam, heeft het hof het vonnis van de rechtbank vernietigd en nieuwe beslissingen genomen, waarbij het Gem B.V. heeft veroordeeld tot betaling aan CETE en ICAS c.s. tot betaling aan Gem c.s. De Hoge Raad heeft de zaak in cassatie behandeld, waarbij de advocaat-generaal heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep. De Hoge Raad heeft het beroep van ICAS c.s. verworpen en hen in de kosten van het geding in cassatie veroordeeld. De uitspraak van de Hoge Raad is van belang voor de rechtsontwikkeling op het gebied van het overeenkomstenrecht, met name met betrekking tot de redelijkheid van het vaststellen van loon en onverschuldigde betalingen.

Uitspraak

4 april 2008
Eerste Kamer
Nr. C06/323HR
RM/AS
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
1. ICAS EXPLOITATIE CONSULTANTS B.V.,
2. CETE INFRAMANAGEMENT B.V.,
beide gevestigd te Zaandam, gemeente Zaanstad,
EISERESSEN tot cassatie,
advocaat: mr. H.J.W. Alt,
t e g e n
1. GEM SAENDELFT (BEHEER) C.V.,
2. GEM SAENDELFT BEHEER B.V.,
beide gevestigd te Zaandam, gemeente Zaanstad,
VERWEERSTERS in cassatie,
advocaat: mr. D.M. de Knijff.
Partijen zullen hierna worden aangeduid als ICAS c.s. en Gem c.s., eiseressen afzonderlijk ook als ICAS en Cete en verweersters als Gem C.V. respectievelijk Gem B.V.
1. Het geding in feitelijke instanties
ICAS c.s. hebben bij exploot van 14 juli 2000 Gem C.V. gedagvaard voor de rechtbank te Haarlem.
Bij tussenvonnis van 13 november 2001 heeft de rechtbank Gem B.V. toegelaten als gevoegde partij in de hoofdzaak aan de zijde van Gem C.V.
Na wijziging en vermeerdering van eis hebben ICAS c.s. gevorderd, kort gezegd:
1. Gem c.s. hoofdelijk te veroordelen aan ICAS c.s. te betalen een bedrag van ƒ 673.199,24 uit hoofde van de openstaande facturen, te vermeerderen met de wettelijke rente en buitengerechtelijke kosten;
2. voor recht te verklaren dat Gem c.s. hoofdelijk aansprakelijk zijn voor alle schade en kosten die het gevolg zijn van de wanprestatie van Gem c.s.;
3. primair: Gem c.s. hoofdelijk te veroordelen aan ICAS c.s. te betalen een bedrag van ƒ 7.968.515,-- uit hoofde van schade te vermeerderen met de wettelijke rente en zonodig te vermeerderen met BTW vanaf de dag van uitbrengen van de dagvaarding tot aan de dag der algehele voldoening;
subsidiair: Gem c.s. hoofdelijk te veroordelen aan ICAS c.s. te betalen een bedrag nader op te maken bij staat uit hoofde van doorbetaling van loon te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de dag van uitbrengen van de dagvaarding tot aan de dag der algehele voldoening;
4. Gem c.s. hoofdelijk te veroordelen in de kosten van de procedure, de kosten van de beslaglegging daaronder begrepen;
5. Gem c.s. hoofdelijk te veroordelen aan ICAS c.s. te betalen een bedrag, nader op te maken bij staat, uit hoofde van de door ICAS c.s. werkelijk gemaakte proceskosten en kosten van rechtsbijstand en inhuur van deskundigen, voor zover deze werkelijk gemaakte kosten de door de rechtbank vastgestelde kosten te boven gaan.
Gem c.s. hebben de vorderingen bestreden en in reconventie, na wijziging en vermeerdering van eis, gevorderd:
1. ICAS c.s. te veroordelen tot betaling aan Gem c.s. van een bedrag van ƒ 246.600,--, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de dag van ontvangst van de ten onrechte genoten zandprovisie tot de dag van voldoening, des dat de een betalend de ander gekweten is;
2. ICAS c.s. te veroordelen tot betaling van de kosten, nader op te maken bij staat, van hetgeen Gem c.s. hebben moeten betalen respectievelijk nog zullen moeten betalen ter zake van de ordening, analyse en reconstructie van de gebrekkige archivering, aflevering en inrichting door ICAS van het Gem-archief dat zij tot augustus 1999 onder zich hield;
3. voor recht te verklaren dat ICAS c.s. in gebreke zijn gebleven in de nakoming van hun verplichtingen als projectleider, directievoerders en toezichthouders, onder meer door aanbestedingen te doen dan wel aan de directie van Gem c.s. voor te stellen zonder de daarbij in de samenwerkingsovereenkomst voorgeschreven schriftelijke bescheiden; door de in het ondernemingsplan vastgelegde schriftelijke stukken niet op te stellen en aan de directie van Gem c.s. voor te leggen; door op basis van mondelinge contracten werkzaamheden te verrichten; door geen week- en of maandrapporten op te stellen; door niet tijdig specificatie van ten behoeve van Gem c.s. verrichte werkzaamheden te verstrekken; door gebrekkige afstemming en controle van de uit te voeren werkzaamheden;
4. voor recht te verklaren dat ICAS c.s. in gebreke zijn gebleven in de nakoming van de aan hen door Gem c.s. verstrekte engineeringopdrachten, onder andere door de resultaten van deze opdrachten in definitieve en schriftelijke vorm aan Gem c.s. ter hand te stellen en doordat deze kwalitatief onvoldoende waren en met voldeden aan de daaraan te stellen eisen;
5. ICAS te veroordelen tot terugbetaling aan Gem c.s. van een bedrag van ƒ 1.030.448,--, subsidiair tot een door de rechtbank in goede justitie vast te stellen bedrag, meer subsidiair tot terugbetaling van aan Gem c.s. teveel in rekening gebrachte en door Gem c.s. betaalde factoren, nader op te maken bij staat;
6. CETE te veroordelen tot terugbetaling aan Gem c.s. van een bedrag van ƒ 154.087,--, subsidiair tot een door de rechtbank in goede justitie vast te stellen bedrag, meer subsidiair tot terugbetaling van aan Gem c.s. teveel in rekening gebrachte en door Gem c.s. betaalde facturen, nader op te maken bij staat;
7. ICAS c.s. te veroordelen tot voldoening van de door Gem c.s. geleden en nog te leiden schade door vertraging, herstel of vervanging van aangelegde werken, als gevolg van aan hen toe te rekenen gebreken in de civiele projectleiding, directievoering, toezicht en engineering, nader op te maken bij staat.
ICAS c.s. hebben de vorderingen in reconventie bestreden.
De rechtbank heeft bij vonnis van 11 augustus 2004 in conventie de vordering ten aanzien van Gem C.V. afgewezen, Gem B.V. veroordeeld tot betaling aan ICAS van € 5.388,34 en € 117.005,64, inclusief BTW, vermeerderd met de wettelijke rente, en het meer of anders gevorderde afgewezen. In reconventie heeft de rechtbank de vordering afgewezen.
Tegen dit vonnis hebben ICAS c.s. hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te Amsterdam. Gem c.s. hebben incidenteel hoger beroep ingesteld en daarbij hun eis gewijzigd.
Bij arrest van 29 juni 2006 heeft het hof het bestreden vonnis van de rechtbank vernietigd en, opnieuw rechtdoende, Gem B.V. veroordeeld tot betaling aan Cete van € 25.992,43, vermeerderd met de wettelijke rente, ICAS c.s. veroordeeld tot betaling aan Gem c.s. van € 37.345,20 en het meer of anders gevorderde afgewezen.
Het arrest van het hof is aan dit arrest gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen het arrest van het hof hebben ICAS c.s. beroep in cassatie ingesteld. De cassatiedagvaarding is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
Gem c.s. hebben geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De zaak is voor partijen toegelicht door hun advocaten.
De conclusie van de Advocaat-Generaal J. Wuisman strekt tot verwerping van het beroep.
De advocaat van ICAS c.s. heeft bij brief van 29 februari 2008 op die conclusie gereageerd.
3. Beoordeling van het middel
De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
veroordeelt Icas c.s. in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van Gem c.s. begroot op € 1.191,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.
Dit arrest is gewezen door de vice-president D.H. Beukenhorst als voorzitter en de raadsheren P.C. Kop, A. Hammerstein, J.C. van Oven en C.A. Streefkerk en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer E.J. Numann op 4 april 2008.