ECLI:NL:HR:2008:BF3205
Hoge Raad
- Cassatie
- A.J.A. van Dorst
- B.C. de Savornin Lohman
- H.A.G. Splinter-van Kan
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van de opgelegde gevangenisstraf in cassatie met strafvermindering
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 25 november 2008 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch. De verdachte, geboren in 1969 en ten tijde van de aanzegging gedetineerd in de Penitentiaire Inrichting 'Limburg-Zuid', had beroep in cassatie ingesteld tegen een eerdere veroordeling tot vijftien jaar gevangenisstraf. De Advocaat-Generaal Jorg had geconcludeerd tot vernietiging van de bestreden uitspraak, maar uitsluitend wat betreft de strafoplegging, en tot vermindering daarvan. De Hoge Raad heeft vastgesteld dat meer dan zestien maanden waren verstreken sinds het instellen van het cassatieberoep, wat volgens de wet moet leiden tot strafvermindering.
De Hoge Raad heeft de bestreden uitspraak vernietigd, maar alleen wat betreft de duur van de opgelegde gevangenisstraf. De straf is verminderd tot veertien jaren en negen maanden. Het beroep is voor het overige verworpen. De Hoge Raad oordeelde dat de middelen van de verdachte niet tot cassatie konden leiden, en dat er geen andere gronden waren om de bestreden uitspraak ambtshalve te vernietigen. Dit arrest is gewezen door de vice-president A.J.A. van Dorst, samen met de raadsheren B.C. de Savornin Lohman en H.A.G. Splinter-van Kan, en is uitgesproken in aanwezigheid van de waarnemend griffier H.J.J. Verhoeven.