ECLI:NL:HR:2009:BI0565
Hoge Raad
- Cassatie
- J.W. van den Berge
- J.W.M. Tijnagel
- A.H.T. Heisterkamp
- Rechtspraak.nl
Cassatie over termijn voor uitnodiging mondelinge behandeling in belastingzaak
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 10 april 2009 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure betreffende de waarde van onroerende zaken in de gemeente Delft. De belanghebbende had bezwaar gemaakt tegen de beschikkingen van de heffingsambtenaar, die de waarde van de onroerende zaken aan de a-straat 1 en a-straat 2 voor het tijdvak van 1 januari 2001 tot en met 31 december 2004 had vastgesteld. Na het indienen van bezwaar, heeft het Hof de uitspraken van de heffingsambtenaar gehandhaafd, waarop de belanghebbende in cassatie is gegaan.
De Hoge Raad heeft vastgesteld dat het Hof de termijn van ten minste drie weken voor de uitnodiging voor de zitting, zoals voorgeschreven in artikel 8:56 van de Algemene wet bestuursrecht, niet in acht heeft genomen. Dit heeft geleid tot de conclusie dat de uitspraak van het Hof niet in stand kan blijven. De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie gegrond verklaard, de uitspraak van het Hof vernietigd, behoudens de beslissingen omtrent het griffierecht en de proceskosten, en het geding verwezen naar het Gerechtshof te Amsterdam voor verdere behandeling.
De Hoge Raad heeft in zijn arrest geen termen aanwezig geacht voor een veroordeling in de proceskosten. Dit arrest is gewezen door de vice-president en twee raadsheren, en is openbaar uitgesproken op 10 april 2009.