ECLI:NL:HR:2009:BI8513

Hoge Raad

Datum uitspraak
18 september 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
07/13228
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie tegen de beslissing van de Landinrichtingscommissie voor de ruilverkaveling Walcheren inzake bezwaren tegen geldelijke regelingen

In deze zaak heeft eiser, wonende te [woonplaats], op 10 mei 2005 bezwaar gemaakt tegen de door de Landinrichtingscommissie voor de ruilverkaveling 'Walcheren' opgemaakte lijst der geldelijke regelingen. De partijen hebben geen overeenstemming kunnen bereiken over de bezwaren van eiser, waarna de zaak is verwezen naar de rechter-commissaris. Deze heeft de zaak op 17 januari 2007 behandeld en vervolgens verwezen naar de rechtbank Middelburg. De rechtbank heeft op 26 september 2007 geoordeeld dat eiser niet-ontvankelijk was voor zover het de woning aan de [a-straat 1] betreft en heeft de vordering van eiser om de Landinrichtingscommissie te gelasten de sloot langs de Breeweg in de oude toestand terug te brengen afgewezen. De rechtbank heeft partijen de gelegenheid gegeven om voorstellen te doen met betrekking tot deskundigen en verdere beslissingen zijn aangehouden. Eiser heeft tegen dit vonnis beroep in cassatie ingesteld.

De Landinrichtingscommissie heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep. De zaak is toegelicht door de advocaten van beide partijen, waarbij de Landinrichtingscommissie ook werd bijgestaan door mr. R.T. Wiegerink, advocaat bij de Hoge Raad. De Advocaat-Generaal L. Timmerman heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep. De Hoge Raad heeft op 18 september 2009 het beroep verworpen en eiser veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, begroot op € 371,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. Dit arrest is gewezen door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, als voorzitter, J.C. van Oven en W.A.M. van Schendel, en in het openbaar uitgesproken door raadsheer E.J. Numann.

Uitspraak

18 september 2009
Eerste Kamer
07/13228
EV/AS
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
[Eiser],
wonende te [woonplaats],
EISER tot cassatie,
advocaat: mr. P. Garretsen,
t e g e n
1. DE DOOR DE LANDINRICHTINGSCOMMISSIE VOOR DE RUILVERKAVELING "WALCHEREN" OPGESTELDE LIJST DER GELDELIJKE REGELINGEN,
zetelende te Goes,
2. LANDINRICHTINGGSCOMMISSIE VOOR DE RUILVERKAVELING "WALCHEREN",
zetelende te Goes,
3. DE DIENST LANDELIJK GEBIED,
zetelende te Tilburg,
VERWEERSTERS in cassatie,
advocaat: mr. M.W. Scheltema.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als [eiser] en (in enkelvoud) de Landinrichtingscommissie.
1. Het geding in feitelijke instanties
[Eiser] heeft bij bezwaarschrift van 10 mei 2005 bezwaar gemaakt tegen de door de Landinrichtingscommissie, in het kader van de ruilverkaveling "Walcheren", opgemaakte lijst der geldelijke regelingen.
Partijen hebben geen overeenstemming kunnen bereiken over de door [eiser] naar voren gebrachte bezwaren, waarop de zaak is verwezen naar de rechter-commissaris. De rechter-commissaris heeft de zaak na behandeling ter terechtzitting op 17 januari 2007, waarvan proces-verbaal is opgemaakt, in overleg met partijen verwezen naar de rechtbank Middelburg.
Na een mondelinge behandeling heeft de rechtbank bij vonnis van 26 september 2007 [eiser] niet-ontvankelijk verklaard voor zover dat de woning aan de [a-straat 1] betreft, de vordering de Landinrichtingscommissie te gelasten de sloot langs de Breeweg in de oude toestand terug te brengen afgewezen, partijen in de gelegenheid gesteld om, bij brief aan de griffier, de rechtbank binnen vier weken na vonnis een voorstel te doen met betrekking tot het aantal en de persoon van de door de rechtbank te benoemen deskundige(n) en de aan de deskundige voor te leggen vragen en iedere verdere beslissing aangehouden.
Dit vonnis is aan dit arrest gehecht.
2. Het geding in cassatie
[Eiser] heeft tegen het vonnis van de rechtbank van beroep in cassatie ingesteld. De cassatiedagvaarding is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Landinrichtingscommissie heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De zaak is voor partijen toegelicht door hun advocaten en voor de Landinrichtingscommissie mede door mr. R.T. Wiegerink, advocaat bij de Hoge Raad.
De conclusie van de Advocaat-Generaal L. Timmerman strekt tot verwerping van het beroep.
3. Beoordeling van de middelen
De in de middelen aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
veroordeelt [eiser] in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van de Landinrichtingscommissie begroot op € 371,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, als voorzitter, J.C. van Oven en W.A.M. van Schendel, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer E.J. Numann op 18 september 2009.