ECLI:NL:HR:2009:BJ9921
Hoge Raad
- Cassatie
- F.H. Koster
- B.C. de Savornin Lohman
- M.A. Loth
- Rechtspraak.nl
Cassatie over afwijzing getuigenverzoek in ontnemingszaak
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 15 december 2009 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een beslissing van het Gerechtshof te 's-Gravenhage. Het ging om een vordering tot ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel, waarbij de verdediging verzocht had om een aantal getuigen te horen die betrokken waren bij de financiële transacties die ten grondslag lagen aan de voordeelsberekening. Het Hof had het verzoek tot het horen van deze getuigen afgewezen, met de overweging dat zij niet relevant zouden zijn voor de beslissing in de ontnemingszaak. De Hoge Raad oordeelde echter dat deze motivering niet zonder meer begrijpelijk was en dat het Hof op ontoelaatbare wijze vooruit was gelopen op de verklaringen van enkele getuigen. De Hoge Raad concludeerde dat de afwijzing van het verzoek niet naar behoren was gemotiveerd en vernietigde de bestreden uitspraak. De zaak werd terugverwezen naar het Gerechtshof, zodat het bestaande hoger beroep opnieuw kon worden berecht en afgedaan. De uitspraak benadrukt het belang van een zorgvuldige motivering bij het afwijzen van getuigenverzoeken in strafzaken.