ECLI:NL:HR:2009:BJ9934
Hoge Raad
- Cassatie
- A. Hammerstein
- O. de Savornin Lohman
- W.D.H. Asser
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Cassatie over schadevergoeding in aannemingsovereenkomst en waardevermindering
In deze zaak gaat het om een geschil tussen [eiseres] en [verweerster] over een aannemingsovereenkomst. [Verweerster] heeft [eiseres] gedagvaard voor de rechtbank 's-Gravenhage, waarbij zij vorderde tot herstel van goten en vergoeding van schade die voortvloeide uit het herstel. [Eiseres] heeft de vordering bestreden en in reconventie betaling van openstaande facturen gevorderd. De rechtbank heeft in een tussenvonnis een comparitie van partijen gelast en later in een eindvonnis [eiseres] veroordeeld tot betaling van een aanzienlijk bedrag aan [verweerster].
Na verschillende tussenvonnissen en een hoger beroep bij het gerechtshof, dat de vorderingen van [eiseres] niet-ontvankelijk verklaarde, heeft [eiseres] cassatie ingesteld. De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld en geconcludeerd dat de klachten in de cassatie niet tot een andere uitkomst konden leiden. De Hoge Raad heeft het beroep verworpen en [eiseres] in de kosten van het geding in cassatie veroordeeld. De uitspraak van de Hoge Raad is gedaan op 4 december 2009, waarbij de raadsheren A. Hammerstein, O. de Savornin Lohman, W.D.H. Asser en E.J. Numann betrokken waren.