ECLI:NL:HR:2009:BK0863

Hoge Raad

Datum uitspraak
11 december 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
09/00591
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Procedures
  • Cassatie
Rechters
  • J.B. Fleers
  • O. de Savornin Lohman
  • J.C. van Oven
  • E.J. Numann
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Gedwongen ontheffing van het gezag over een minderjarig kind

In deze zaak heeft de Raad voor de Kinderbescherming een verzoek ingediend bij de rechtbank Rotterdam om de moeder van het ouderlijk gezag over haar minderjarige zoon te ontheffen. Dit verzoek werd ingediend op 10 januari 2007. De moeder heeft het verzoek bestreden, maar de rechtbank heeft op 12 april 2007 besloten om de moeder van het gezag te ontheffen en Bureau Jeugdzorg Stadsregio Rotterdam als voogd aan te stellen. De moeder ging in hoger beroep tegen deze beslissing bij het gerechtshof te 's-Gravenhage. Op 12 november 2008 heeft het hof de beschikking van de rechtbank bekrachtigd. Hierop heeft de moeder cassatie ingesteld bij de Hoge Raad, die op 11 december 2009 uitspraak deed. De Hoge Raad heeft de klachten van de moeder in de cassatieprocedure beoordeeld, maar deze konden niet leiden tot cassatie. De Hoge Raad oordeelde dat de aangevoerde klachten geen nadere motivering behoefden, omdat ze niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad heeft het beroep van de moeder verworpen, waarmee de eerdere beslissingen van de rechtbank en het hof in stand zijn gebleven.

Uitspraak

11 december 2009
Eerste Kamer
09/00591
EE/SV
Hoge Raad der Nederlanden
Beschikking
in de zaak van:
[De moeder],
wonende te [woonplaats],
VERZOEKSTER tot cassatie,
advocaat: mr. P. Garretsen,
t e g e n
DE RAAD VOOR DE KINDERBESCHERMING, regio Rotterdam-Rijnmond,
gevestigd te Rotterdam,
VERWEERSTER in cassatie,
niet verschenen.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als de moeder en de Raad.
1. Het geding in feitelijke instanties
Met een op 10 januari 2007 ter griffie van de rechtbank Rotterdam ingediend verzoekschrift heeft de Raad zich gewend tot die rechtbank en verzocht, kort gezegd, de moeder van het ouderlijk gezag van de minderjarige [de zoon] te ontheffen.
De moeder heeft het verzoek bestreden.
De rechtbank heeft bij beschikking van 12 april 2007 de moeder van het ouderlijk gezag van [de zoon] ontheven en Bureau Jeugdzorg Stadsregio Rotterdam tot voogdes van [de zoon] benoemd.
Tegen deze beschikking heeft de moeder hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te 's-Gravenhage.
Bij beschikking van 12 november 2008 heeft het hof de bestreden beschikking bekrachtigd.
De beschikking van het hof is aan deze beschikking gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen de beschikking van het hof heeft de moeder beroep in cassatie ingesteld. Het cassatierekest is aan deze beschikking gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Raad heeft geen verweerschrift ingediend.
De conclusie van de plaatsvervangend Procureur-Generaal strekt tot verwerping van het beroep met toepassing van art. 81 RO.
3. Beoordeling van de middelen
De in de middelen aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Deze beschikking is gegeven door de vice-president J.B. Fleers, als voorzitter, en de raadsheren O. de Savornin Lohman en J.C. van Oven, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer E.J. Numann op 11 december 2009.