ECLI:NL:HR:2009:BK3211
Hoge Raad
- Cassatie
- A.J.A. van Dorst
- H.A.G. Splinter-van Kan
- W.F. Groos
- Rechtspraak.nl
Afwijzing getuigenverzoek in strafzaak met betrekking tot inbreuk op persoonlijke levenssfeer
In deze zaak, die op 22 december 2009 door de Hoge Raad is behandeld, ging het om een beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Arnhem. De verdachte was beschuldigd van het stelselmatig inbreuk maken op de persoonlijke levenssfeer van twee personen, met het oogmerk hen vrees aan te jagen. De verdachte had in hoger beroep verzocht om het horen van getuigen, maar het Hof had dit verzoek afgewezen. De Hoge Raad oordeelde dat het Hof de juiste maatstaf had toegepast door te overwegen dat het niet horen van de getuigen de verdachte niet in haar verdediging zou schaden. Echter, met betrekking tot de getuige die in de appelschriftuur onder 5 en 7 was genoemd, was het oordeel van het Hof niet zonder meer begrijpelijk, omdat de verdachte het tenlastegelegde had ontkend en had verklaard de aangeefster niet te kennen. Dit leidde tot de conclusie dat het middel in zoverre slaagde. De Hoge Raad vernietigde het bestreden arrest en wees de zaak terug naar het Gerechtshof te Arnhem voor hernieuwde behandeling van het hoger beroep.