ECLI:NL:HR:2010:BL3592
Hoge Raad
- Cassatie
- J.W. van den Berge
- A.H.T. Heisterkamp
- M.W.C. Feteris
- Rechtspraak.nl
Cassatie over de waarde van onroerende zaken en afsluitbaarheid
In deze zaak gaat het om een cassatieberoep van het college van burgemeesters en wethouders van de gemeente Hardenberg tegen een uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem. De zaak betreft de waardering van een onroerende zaak, gelegen aan de a-straat 1a te Z, voor het tijdvak van 1 januari 2005 tot en met 31 december 2006. De heffingsambtenaar had de waarde vastgesteld, maar na bezwaar van de belanghebbende werd deze waarde gehandhaafd. De Rechtbank te Zwolle-Lelystad verklaarde het beroep ongegrond. Hierop volgde hoger beroep bij het Hof, dat de uitspraak van de Rechtbank vernietigde en het beroep gegrond verklaarde, waardoor de beschikking van de heffingsambtenaar werd vernietigd.
Het College stelde beroep in cassatie in tegen de uitspraak van het Hof. De Hoge Raad beoordeelt de middelen die in cassatie zijn ingediend. Een van de middelen betrof de vraag of een gedeelte van een gebouw als afsluitbaar kan worden beschouwd, enkel omdat het relatief eenvoudig afsluitbaar is. De Hoge Raad oordeelt dat de enkele mogelijkheid tot afsluitbaarheid niet voldoende is; bepalend is de feitelijke toestand van het gebouw. De Hoge Raad concludeert dat de middelen niet tot cassatie kunnen leiden en verklaart het beroep ongegrond.
De Hoge Raad heeft geen termen aanwezig geacht voor een veroordeling in de proceskosten. Dit arrest is gewezen door de vice-president en twee raadsheren, en is openbaar uitgesproken op 12 februari 2010. Tevens is er een griffierecht van € 448 opgelegd aan de Gemeente Hardenberg.