ECLI:NL:HR:2010:BL9554
Hoge Raad
- Cassatie
- Rechtspraak.nl
Cassatie over tekortkoming in koopovereenkomst en schadevergoeding
In deze zaak gaat het om een cassatieberoep dat is ingesteld door [eiser] c.s. tegen een arrest van het gerechtshof te 's-Gravenhage. De zaak betreft een geschil over een koopovereenkomst en de vraag of er sprake is van een gebrek, tekortkoming of verzuim. De Hoge Raad verwijst naar eerdere vonnissen van de rechtbank Rotterdam en het arrest van het hof, waaruit blijkt dat de partijen in de onderliggende procedure al verschillende stappen hebben doorlopen. De Hoge Raad heeft de conclusie van de Advocaat-Generaal J. Wuisman in overweging genomen, die tot verwerping van het cassatieberoep strekt. De Hoge Raad oordeelt dat de in de middelen aangevoerde klachten niet tot cassatie kunnen leiden. Dit oordeel behoeft volgens de Hoge Raad geen nadere motivering, omdat de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad verwerpt het beroep en veroordeelt [eiser] c.s. in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van [verweerder] zijn begroot op € 1.219,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. Het arrest is openbaar uitgesproken op 4 juni 2010.