ECLI:NL:HR:2010:BL9788
Hoge Raad
- Cassatie
- Hoge Raad
- Rechtspraak.nl
Cassatie tegen uitspraak Gerechtshof Leeuwarden over navorderingsaanslag vermogensbelasting
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 9 april 2010 uitspraak gedaan in het cassatieberoep van X, gevestigd te Z, tegen een eerdere uitspraak van het Gerechtshof te Leeuwarden. De zaak betreft een navorderingsaanslag in de vermogensbelasting, alsook de daarbij opgelegde boetebeschikking. De uitspraak van het Gerechtshof, gedateerd op 27 juni 2008, had betrekking op de beoordeling van deze navorderingsaanslag en de rechtmatigheid van de boete die was opgelegd aan de belastingplichtige. De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie afgedaan met toepassing van artikel 81 van de Wet op de Rechterlijke Organisatie (RO), wat betekent dat de Hoge Raad de zaak zonder inhoudelijke behandeling heeft afgedaan. Dit kan duiden op een formele grond voor afdoening, zoals het niet voldoen aan de vereisten voor cassatie of het ontbreken van een voldoende belang. De uitspraak van de Hoge Raad heeft daarmee implicaties voor de rechtspositie van de belastingplichtige en de wijze waarop navorderingsaanslagen en boetes in het belastingrecht worden behandeld.