Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 9 april 2010 uitspraak gedaan in een cassatieberoep van X, gevestigd te Z, tegen een eerdere uitspraak van de Rechtbank te Middelburg. De Rechtbank had op 17 september 2009 uitspraak gedaan in een verzetprocedure, waarbij belanghebbende verzet aantekende tegen een beschikking die was gegeven op grond van de Wet waardering onroerende zaken. Deze beschikking betrof de vaststelling van de waarde van de onroerende zaak gelegen aan de a-straat 1 te Z voor het jaar 2008. De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie afgedaan met toepassing van artikel 81 RO, wat betekent dat de Hoge Raad de zaak zonder inhoudelijke behandeling heeft afgedaan. Dit houdt in dat de Hoge Raad de eerdere uitspraak van de Rechtbank heeft bekrachtigd, zonder dat er een uitgebreide beoordeling van de zaak heeft plaatsgevonden. De uitspraak van de Hoge Raad is van belang voor de rechtspraktijk, omdat het de toepassing van de Wet waardering onroerende zaken en de mogelijkheden voor verzet tegen dergelijke beschikkingen verduidelijkt.