ECLI:NL:HR:2010:BM0451
Hoge Raad
- Cassatie
- J.W. van den Berge
- J.W.M. Tijnagel
- M.W.C. Feteris
- Rechtspraak.nl
Cassatie over belastingvrije vergoeding van extraterritoriale kosten in loonbelasting
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 9 april 2010 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure van X Ltd, gevestigd in het Verenigd Koninkrijk, tegen een uitspraak van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch. De zaak betreft een naheffingsaanslag in de loonbelasting/premie volksverzekeringen over het tijdvak van 1 januari 2001 tot en met 31 december 2003. De Inspecteur had een naheffingsaanslag opgelegd, die na bezwaar door de Rechtbank te Breda was verminderd. Het Hof bevestigde deze uitspraak, waarna belanghebbende in cassatie ging.
De Hoge Raad oordeelde dat de reiskosten die belanghebbende aan haar werknemers vergoedde, als extraterritoriale kosten moeten worden aangemerkt. Dit betekent dat deze kosten niet naast de toepassing van de 30%-regeling belastingvrij vergoed konden worden. De Hoge Raad bevestigde het oordeel van het Hof dat de reiskosten, die verband hielden met de tijdelijke uitzending van werknemers naar Nederland, niet nogmaals belastingvrij konden worden vergoed, aangezien deze kosten reeds onbelast waren vergoed via de 30%-regeling.
De Hoge Raad oordeelde dat de klachten van belanghebbende niet tot cassatie konden leiden, omdat het Hof geen onjuiste rechtsopvatting had gegeven over het begrip 'extraterritoriale kosten'. De Hoge Raad achtte ook geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten. De uitspraak van de Hoge Raad is openbaar uitgesproken en maakt deel uit van de rechtspraak over belastingrecht en bestuursrecht.