ECLI:NL:HR:2010:BM0909
Hoge Raad
- Cassatie
- A.J.A. van Dorst
- H.A.G. Splinter-van Kan
- W.F. Groos
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van gevangenisstraf in cassatie wegens overschrijding redelijke termijn
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 13 juli 2010 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch. Het beroep in cassatie was ingesteld door de verdachte, vertegenwoordigd door mr. Th. Boumans, advocaat te Heerlen. De Advocaat-Generaal, Hofstee, heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep. De Hoge Raad heeft de bestreden uitspraak vernietigd, maar uitsluitend wat betreft de duur van de opgelegde gevangenisstraf, die werd verminderd van 48 weken naar 45 weken.
De zaak betreft een strafrechtelijke procedure waarin de verdachte, geboren in 1953, in hoger beroep was gegaan tegen een eerdere uitspraak van het Gerechtshof. De benadeelde partij, vertegenwoordigd door mr. C.H.J.M. van Heugten, advocaat te Sittard, heeft schriftelijk commentaar gegeven op het beroep van de verdachte. De Hoge Raad heeft de middelen van de verdachte niet tot cassatie kunnen leiden, en heeft op basis van artikel 81 RO geen nadere motivering gegeven.
Bij de beoordeling van de bestreden uitspraak heeft de Hoge Raad vastgesteld dat de redelijke termijn, zoals bedoeld in artikel 6, eerste lid, van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM), is overschreden. Dit heeft geleid tot de beslissing om de gevangenisstraf te verminderen. De Hoge Raad heeft geconcludeerd dat, aangezien geen van de middelen tot cassatie kan leiden en er geen andere gronden zijn voor vernietiging, de uitspraak als volgt moet worden beslist.