ECLI:NL:HR:2010:BM8137

Hoge Raad

Datum uitspraak
15 oktober 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
09/00437
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Procedures
  • Cassatie
Rechters
  • P. Lourens
  • C.B. Bavinck
  • J.A.C.A. Overgaauw
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie inzake aanslag inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 15 oktober 2010 uitspraak gedaan in het beroep in cassatie van belanghebbende, X te Z, Denemarken, tegen de uitspraak van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch van 19 december 2008, nr. 05/00103. De zaak betreft een aanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen voor het jaar 2001, die na bezwaar door de Inspecteur is gehandhaafd. Het Hof heeft het beroep van belanghebbende gegrond verklaard, de bestreden uitspraak vernietigd en de aanslag verminderd. Hierop heeft belanghebbende cassatie ingesteld, waarbij vier middelen zijn voorgesteld. De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend, en de Advocaat-Generaal R.E.C.M. Niessen heeft geconcludeerd tot ongegrondverklaring van het beroep in cassatie op 11 mei 2010.

De Hoge Raad heeft de middelen beoordeeld en geconcludeerd dat deze niet tot cassatie kunnen leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81 van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, omdat de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad heeft ook geen termen aanwezig geacht voor een veroordeling in de proceskosten. Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep in cassatie ongegrond verklaard, en dit arrest is openbaar uitgesproken op 15 oktober 2010.

Uitspraak

Nr. 09/00437
15 oktober 2010
Arrest
gewezen op het beroep in cassatie van X te Z, Denemarken (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch van 19 december 2008, nr. 05/00103, betreffende een aanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen.
1. Het geding in feitelijke instantie
Aan belanghebbende is voor het jaar 2001 een aanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen opgelegd, welke aanslag, na daartegen gemaakt bezwaar, bij uitspraak van de Inspecteur is gehandhaafd.
Het Hof heeft het tegen die uitspraak ingestelde beroep gegrond verklaard, de bestreden uitspraak vernietigd en de aanslag verminderd.
2. Geding in cassatie
Belanghebbende heeft tegen 's Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld en daarbij vier middelen voorgesteld.
De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend.
De Advocaat-Generaal R.E.C.M. Niessen heeft op 11 mei 2010 geconcludeerd tot ongegrondverklaring van het beroep in cassatie.
3. Beoordeling van de middelen
De middelen kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien artikel 81 van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, nu de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Proceskosten
De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.
5. Beslissing
De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie ongegrond.
Dit arrest is gewezen door de raadsheer P. Lourens als voorzitter, en de raadsheren C.B. Bavinck en J.A.C.A. Overgaauw, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier E. Cichowski, en in het openbaar uitgesproken op 15 oktober 2010.