ECLI:NL:HR:2010:BO1748
Hoge Raad
- Cassatie
- A.J.A. van Dorst
- J.W. Ilsink
- W.F. Groos
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van de bestreden uitspraak met betrekking tot de duur van de gevangenisstraf in cassatie
In deze zaak gaat het om een cassatieberoep tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch, dat op 18 september 2008 is gewezen. De verdachte, geboren in 1958, had beroep ingesteld tegen de opgelegde gevangenisstraf. De advocaat van de verdachte, mr. Th. Boumans, heeft middelen van cassatie voorgesteld, maar de Hoge Raad oordeelt dat de eerste twee middelen niet voldoen aan de wettelijke eisen en blijven onbesproken. De Advocaat-Generaal Silvis heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De Hoge Raad vernietigt de bestreden uitspraak, maar alleen wat betreft de duur van de opgelegde gevangenisstraf. De straf wordt verminderd tot vijf maanden en drie weken. De Hoge Raad stelt vast dat de middelen van cassatie niet tot cassatie kunnen leiden, omdat zij niet voldoen aan de vereisten van een stellige en duidelijke klacht over de schending van een rechtsregel.
Daarnaast oordeelt de Hoge Raad ambtshalve dat de redelijke termijn, zoals bedoeld in artikel 6, eerste lid, van het EVRM, is overschreden, aangezien er meer dan twee jaar zijn verstreken na het instellen van het cassatieberoep. Dit leidt tot een vermindering van de aan de verdachte opgelegde gevangenisstraf van zes maanden.
Uiteindelijk komt de Hoge Raad tot de conclusie dat, nu geen van de middelen tot cassatie kan leiden en er geen andere gronden zijn voor vernietiging, de beslissing als volgt moet worden genomen. Het arrest is gewezen door de vice-president A.J.A. van Dorst, samen met de raadsheren J.W. Ilsink en W.F. Groos, en is uitgesproken op 26 oktober 2010.