ECLI:NL:HR:2010:BO3635
Hoge Raad
- Cassatie
- Hoge Raad der Nederlanden
- Rechtspraak.nl
Cassatie over besluiten ingevolge de Algemene Ouderdomswet
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 12 november 2010 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure. Het beroep in cassatie was ingesteld door X, woonachtig te Z, tegen een uitspraak van de Centrale Raad van Beroep van 16 april 2009. Deze uitspraak betrof de hoger beroepen van belanghebbende tegen eerdere uitspraken van de Rechtbank te Amsterdam, gedateerd 29 mei 2007. De Rechtbank had zich uitgesproken over verschillende besluiten die waren genomen op basis van de Algemene Ouderdomswet (AOW). De Centrale Raad van Beroep had in zijn uitspraak de eerdere beslissingen van de Rechtbank bevestigd, wat leidde tot het cassatieberoep bij de Hoge Raad. De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie afgedaan met toepassing van artikel 81 van de Wet op de Rechterlijke Organisatie (RO), wat betekent dat de Hoge Raad de zaak zonder inhoudelijke behandeling heeft afgedaan. Dit houdt in dat de Hoge Raad de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep heeft bekrachtigd, zonder dat er een verdere inhoudelijke beoordeling van de zaak heeft plaatsgevonden. De uitspraak van de Hoge Raad heeft daarmee de eerdere uitspraken van de lagere rechters in stand gehouden, en de betrokken partijen zijn gebonden aan deze beslissing.