Uitspraak
gewezen op het beroep in cassatie van X te Z tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Leeuwarden van 4 juli 2008, nr. 07/00083, betreffende het na te melden van belanghebbende geheven bedrag aan binnenhavengeld.
ECLI:NL:HR:2011:BP3036
Hoge Raad
- Cassatie
- Hoge Raad
- Rechtspraak.nl
AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd
Cassatie over binnenhavengeld en gegrondverklaring van beroep
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 4 februari 2011 uitspraak gedaan in het beroep in cassatie van X te Z. Het beroep was gericht tegen een uitspraak van het Gerechtshof te Leeuwarden, gedateerd 4 juli 2008, met nummer 07/00083. De zaak betreft de heffing van binnenhavengeld door de gemeente, waartegen de belanghebbende, X, zich had verzet. De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie gegrond verklaard, wat betekent dat de eerdere uitspraak van het Gerechtshof niet in stand blijft. De Hoge Raad verwijst in zijn overwegingen naar de arresten 08/03534 en 08/03536, die relevant zijn voor de beoordeling van deze zaak. De uitspraak van de Hoge Raad heeft belangrijke implicaties voor de rechtspraktijk met betrekking tot de heffing van binnenhavengeld en de rechtsbescherming van belanghebbenden in dergelijke gevallen. De beslissing van de Hoge Raad biedt duidelijkheid over de juridische kaders waarbinnen gemeenten dergelijke heffingen kunnen opleggen en de mogelijkheden voor belanghebbenden om hiertegen in beroep te gaan.