Uitspraak
gewezen op het beroep in cassatie van X te Z tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem van 13 juli 2010, nrs. 09/00407 en 09/00408, betreffende twee beschikkingen op grond van de Wet waardering onroerende zaken.
ECLI:NL:HR:2011:BP6296
Hoge Raad
- Cassatie
- H. de Groot
- M. J. van der Meer
- P. de Vries
- Rechtspraak.nl
AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd
Cassatieberoep tegen uitspraak Gerechtshof Arnhem inzake Wet waardering onroerende zaken
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 4 maart 2011 uitspraak gedaan in een cassatieberoep van X, gevestigd te Z, tegen een eerdere uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem. De zaak betreft twee beschikkingen die zijn genomen op grond van de Wet waardering onroerende zaken. De uitspraak van het Gerechtshof, gedateerd op 13 juli 2010, had betrekking op de waardering van onroerende zaken en de daaruit voortvloeiende belastingheffing. De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie afgedaan met toepassing van artikel 81 van de Wet op de rechterlijke organisatie (RO), wat betekent dat de Hoge Raad de zaak zonder inhoudelijke behandeling heeft afgedaan. Dit kan duiden op een formele grond voor afwijzing, zoals een gebrek aan procesbelang of een andere procedurele reden. De uitspraak van de Hoge Raad is van belang voor de rechtspraktijk, omdat het inzicht biedt in de toepassing van de Wet waardering onroerende zaken en de mogelijkheden voor cassatie in belastingzaken. De zaak is geregistreerd onder nummer 10/03694 en is openbaar gemaakt op 5 april 2013.