ECLI:NL:HR:2011:BQ0460
Hoge Raad
- Cassatie
- Hoge Raad der Nederlanden
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van het beroep in cassatie inzake belastingaanslag en boete
Op 8 april 2011 heeft de Hoge Raad der Nederlanden uitspraak gedaan in de zaak met nummer 10/01603. Het beroep in cassatie was ingesteld door X, die in beroep ging tegen een uitspraak van de Rechtbank te 's-Gravenhage van 2 maart 2010, met nummer AWB 08/5749 IB/PVV V. De zaak betrof de aan belanghebbende opgelegde aanslag in de inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen voor het jaar 2004, alsook een boete die was opgelegd wegens niet-tijdige aangifte. Daarnaast was er een beschikking inzake heffingsrente aan de orde. De Hoge Raad heeft in zijn uitspraak geoordeeld dat het beroep in cassatie niet-ontvankelijk is verklaard. Dit betekent dat de Hoge Raad niet ingaat op de inhoudelijke bezwaren van de appellant, X, en dat de eerdere uitspraak van de Rechtbank in stand blijft. De beslissing van de Hoge Raad is van belang voor de rechtspraktijk, omdat het de voorwaarden voor ontvankelijkheid in cassatie onderstreept, vooral in belastingzaken.