ECLI:NL:HR:2011:BQ7049
Hoge Raad
- Cassatie
- J.B. Fleers
- A. Hammerstein
- J.C. van Oven
- W.D.H. Asser
- G. Snijders
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Cassatie over wanprestatie en ontbinding van samenwerkingsovereenkomsten
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 8 juli 2011 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure die voortvloeide uit een geschil over de uitvoering van samenwerkingsovereenkomsten. De eiser, vertegenwoordigd door advocaat mr. E.H. van Staden ten Brink, had beroep in cassatie ingesteld tegen een arrest van het gerechtshof te Arnhem, dat op 8 december 2009 was gewezen. De eiser stelde dat de verweerster, vertegenwoordigd door advocaat mr. P. Garretsen, wanprestatie had gepleegd door ondanks de opzegging van de samenwerkingsovereenkomst door te gaan participeren in een ander project. De Hoge Raad verwees naar eerdere vonnissen van de rechtbank Zwolle-Lelystad en het arrest van het hof, en oordeelde dat de klachten van de eiser niet tot cassatie konden leiden. De Hoge Raad oordeelde dat de aangevoerde klachten geen nadere motivering behoefden, omdat deze niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad heeft het beroep verworpen en de eiser veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van de verweerster zijn begroot op € 385,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. Dit arrest is gewezen door de vice-president J.B. Fleers als voorzitter en de raadsheren A. Hammerstein, J.C. van Oven, W.D.H. Asser en G. Snijders, en in het openbaar uitgesproken door raadsheer E.J. Numann.