ECLI:NL:HR:2012:BU2887
Hoge Raad
- Cassatie
- W.A.M. van Schendel
- B.C. de Savornin Lohman
- W.F. Groos
- Rechtspraak.nl
Cassatie over de bewezenverklaring van diefstal van elektrische energie
In deze zaak gaat het om een cassatieberoep tegen een arrest van het Gerechtshof te Amsterdam, dat op 4 december 2009 uitspraak deed in een strafzaak tegen de verdachte, geboren in 1976 en wonende te Veenendaal. De verdachte is beschuldigd van diefstal van elektrische energie, gepleegd in de periode van 30 juni 2005 tot en met 30 december 2005. De Hoge Raad heeft op 24 januari 2012 uitspraak gedaan in deze zaak, onder zaaknummer 09/05170.
De advocaat van de verdachte, mr. E.G.C. Groenendaal, heeft middelen van cassatie voorgesteld. De Advocaat-Generaal Aben heeft geconcludeerd tot vernietiging van de bestreden uitspraak, specifiek wat betreft de bewezenverklaring van het onder 7 tenlastegelegde feit. De Hoge Raad oordeelt dat de bewezenverklaring van de diefstal van elektrische energie niet voldoende is onderbouwd met de gebezigde bewijsmiddelen. De Hoge Raad stelt vast dat de bewezenverklaring, die inhoudt dat de verdachte met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening een hoeveelheid elektrische energie heeft weggenomen, niet zonder meer kan worden afgeleid uit de inhoud van de door het Hof gebruikte bewijsmiddelen.
De Hoge Raad vernietigt de bestreden uitspraak, maar uitsluitend wat betreft de beslissingen ter zake van het onder 7 tenlastegelegde en de strafoplegging. De zaak wordt verwezen naar het Gerechtshof te Arnhem, zodat deze opnieuw kan worden berecht en afgedaan. Het beroep wordt voor het overige verworpen. De Hoge Raad concludeert dat de middelen van de verdachte niet tot cassatie kunnen leiden, omdat deze niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.