ECLI:NL:HR:2012:BW5121
Hoge Raad
- Cassatie
- W.A.M. van Schendel
- B.C. de Savornin Lohman
- H.A.G. Splinter-van Kan
- Y. Buruma
- J. Wortel
- Rechtspraak.nl
Cassatie tegen arrest Gerechtshof Amsterdam in strafzaak
In deze zaak gaat het om een cassatieberoep tegen een arrest van het Gerechtshof te Amsterdam, dat op 17 december 2010 werd gewezen in de strafzaak tegen een verdachte geboren in 1981. Het beroep in cassatie is ingesteld door de verdachte zelf, vertegenwoordigd door mr. M.L.M. van der Voet, advocaat te Amsterdam. De advocaat heeft middelen van cassatie voorgesteld, die aan het arrest zijn gehecht. De Advocaat-Generaal Machielse heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De Hoge Raad der Nederlanden heeft de zaak beoordeeld en vastgesteld dat de voorgestelde middelen niet tot cassatie kunnen leiden. De Hoge Raad oordeelt dat er geen noodzaak is voor nadere motivering, aangezien de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. Dit betekent dat de Hoge Raad de eerdere uitspraak van het Gerechtshof bevestigt.
Op 3 juli 2012 heeft de Hoge Raad het arrest gewezen, waarbij de vice-president W.A.M. van Schendel als voorzitter fungeerde. De overige rechters die aan de uitspraak hebben bijgedragen zijn B.C. de Savornin Lohman, H.A.G. Splinter-van Kan, Y. Buruma en J. Wortel. De griffier S.P. Bakker was ook aanwezig bij de uitspraak. De Hoge Raad verwerpt het beroep, waarmee de beslissing van het Gerechtshof in stand blijft.