2.2.2. Deze bewezenverklaring steunt op de volgende bewijsmiddelen:
"1. het proces-verbaal van verhoor van de regiopolitie Brabant-Noord, district Land van Cuijk, team Cuijk, met nummer PL2151/08-212097, d.d. 3 september 2008 in de wettelijke vorm opgemaakt door [verbalisant 1] en [verbalisant 2], respectievelijk hoofdagent en brigadier van politie, opgenomen in het dossier van de regiopolitie Brabant-Noord, district Land van Cuijk, team Cuijk, met dossiernummer PL2151/08-017354, sluitingsdatum 4 september 2008, op pagina 24-26, voor zover dit inhoudt als verklaring van [verdachte] (verdachte):
Om wat bij te verdienen vent ik poetsartikelen. Ik maak zelf pakketjes. Inkoop kost mij ongeveer 3 euro. Ik heb geen vast werkgebied. Ik kom in Grave en Mill. Om mijn spullen te verkopen verzin ik verschillende verhalen. Ik vertel bijvoorbeeld dat ik geld aan het inzamelen ben voor kinderen. Het geld is eigenlijk voor eigen gebruik. Ik maak per pakketje ongeveer 4 tot 5 euro winst bij een verkoopprijs van 7,50 euro.
Ik adverteer met messen slijpen.
Ik heb het verhaal, dat ik 'voor de meter kom', in het verleden gebruikt. Ik ben in 2005 of 2006 aangehouden geweest voor die oplichtingspraktijken. Volgens mij ben ik rond Koninginnendag (het hof begrijpt: 30 april 2008) in Mill geweest. Ik heb toen poetsspullen verkocht. Ik ga elke dag rond om messen te slijpen. Hierbij probeer ik dan ook poetsspullen te verkopen.
2. de verklaring van de verdachte ter terechtzitting in hoger beroep op 12 oktober 2010, voor deze inhoudt:
Het kan kloppen dat ik op 26 augustus 2008 in het appartementencomplex aan [de a-straat] in [plaats] bij de appartementen met nummers [1] en [2] aan de deur ben geweest en schoonmaakgerei heb verkocht en daarbij in strijd met de waarheid heb verklaard dat de opbrengst ten bate kwam van een goed doel.
(...)
3. het proces-verbaal van aangifte van de regiopolitie Brabant-Noord, district Land van Cuijk, team Cuijk, met nummer PL2151/08-212097, d.d. 27 augustus 2008 in de wettelijke vorm opgemaakt door [verbalisant 3], hoofdagent van politie, opgenomen in het dossier van de regiopolitie Brabant-Noord, district Land van Cuijk, team Cuijk, met dossiernummer PL2151/08-017354, sluitingsdatum 4 september 2008, op pagina 19-21, voor zover dit - zakelijk weergeven - inhoudt als verklaring van [benadeelde 1]:
Adres: [a-straat 1] te [plaats].
Ik doe aangifte van oplichting. Op 26 augustus 2008 ging de voordeurbel van mijn appartement. Ik zag door het glas van mijn voordeur dat er een man voor mijn deur stond. Ik deed mijn voordeur open. De man vertelde mij dat hij geld aan het ophalen was voor een goed doel. Hij vertelde dat hij zemen en sponsen voor dit goede doel in een pakketje verkocht. Ik gaf de man een briefje van 10 euro. Ik kreeg 2,50 euro van hem terug. Ik heb van de man een pakketje met zemen en sponsen overhandigd gekregen. Als ik zou hebben geweten dat de verdachte een valse hoedanigheid had aangenomen, dan wel gebruik maakte van een samenweefsel van verdichtsels, dan zou ik niet tot afgifte zijn overgegaan.
4. het proces-verbaal van aangifte van de regiopolitie Brabant-Noord, district Land van Cuijk, team Cuijk, met nummer PL2151/08-212138, d.d. 26 augustus 2008 in de wettelijke vorm opgemaakt door [verbalisant 4], hoofdagent van politie, opgenomen in het dossier van de regiopolitie Brabant-Noord, district Land van Cuijk, team Cuijk, met dossiernummer PL2151/08-017354, sluitingsdatum 4 september 2008, op pagina 30-32, voor zover dit - zakelijk weergeven - inhoudt als verklaring van [benadeelde 2].
Ik doe aangifte van oplichting. Op 26 augustus 2008 bevond ik mij in mijn woning aan [de a-straat 2] te [plaats]. Ik hoorde dat de voordeurbel ging. Ik keek door het raam langs de voordeur en zag een meneer staan. Ik deed de deur open. Ik hoorde dat de man zei dat hij iets kwam verkopen voor peuterspeelzalen in Grave. Ik zei dat ik dan wel wat wilde kopen en kocht van hem voor 7,50 euro een pakketje met schoonmaakartikelen. Ik gaf hem 7,50 euro. Als ik zou hebben geweten dat de verdachte een valse hoedanigheid had aangenomen, dan wel gebruik maakte van een samenweefsel van verdichtsels, dan zou ik niet tot afgifte zijn overgegaan.
5. het proces-verbaal van aangifte van de regiopolitie Gelderland-Zuid, district De Waarden, team Geldermalsen, met nummer PL083D/08-055358, d.d. 2 mei 2008 in de wettelijke vorm opgemaakt door [verbalisant 5], agent van politie, opgenomen in het dossier van de regiopolitie Brabant-Noord, district Land van Cuijk, team Cuijk, met dossiernummer PL2151/08-017354, sluitingsdatum 4 september 2008, op pagina 36-38, voor zover dit - zakelijk weergeven - inhoudt als verklaring van [betrokkene 1]:
Ik doe namens mijn moeder aangifte van oplichting.
Op 29 april 2008 omstreeks 9.30 uur werd er bij mijn moeder aangebeld. Mijn 90-jarige moeder woont zelfstandig aan de [b-straat 1] in [plaats]. Mijn moeder was op dat moment alleen en opende de voordeur. Voor haar stond een blanke man van ongeveer 40-50 jaar oud. De man vertelde dat hij de meter moest vervangen en dat mijn moeder daarvoor een eigen bijdrage moest betalen van 150 euro. Na wat zoeken vond mijn moeder 50 euro. De man heeft 50 euro meegenomen zonder dat de meter is vervangen. Het geld was mijn moeders eigendom.
Benadeelde: [benadeelde 3].
6. het proces-verbaal van verhoor van de regiopolitie Brabant-Noord, district Land van Cuijk, team Cuijk, met nummer PL2151/08-167037, d.d. 30 mei 2008 in de wettelijke vorm opgemaakt door [verbalisant 6], hoofdagent van politie, opgenomen in het dossier van de regiopolitie Brabant-Noord, district Land van Cuijk, team Cuijk, met dossiernummer PL2151/08-017354, sluitingsdatum 4 september 2008, op pagina 39-40, voor zover dit - zakelijk weergeven - inhoudt als verklaring van [betrokkene 2]:
Ik werk als huishoudelijke hulp bij [benadeelde 3], wonende aan de [b-straat 1] te [plaats]. Op 29 april 2008 ben ik naar de woning van [benadeelde 3] gegaan om daar te gaan werken. Ik was hier rond 9.30 uur. De woning is gelegen op de eerste verdieping. Op het moment dat ik naar binnen liep, kwam er een man de trap naar beneden gelopen. Ik hoorde dat de man iets mompelde in de trant van: "Ik ben de messen- en scharensliep". Ik ben naar boven gelopen en zag dat [benadeelde 3] nog haar portemonnee in haar handen had. Ik heb toen aan haar gevraagd wat die man hier kwam doen. Ik hoorde dat zij zei dat hij van de meter was en dat er een nieuwe meter moest komen. Ze had 50 euro aan de man gegeven. Ik kan de man als volgt omschrijven:
- blanke man, iets getint;
- fijn/tenger postuur;
- 1.60-1.65 meter lang;
- begin 40 jaar oud;
- zwarte wenkbrauwen en zwarte wimpers;
- zwart haar, kort model;
Deze man is de dag eerder ook bij mevrouw (het hof begrijpt: [benadeelde 3]) binnengeweest. Toen wilde hij poetsspullen verkopen. Die dag is hij ook bij de onderburen geweest.
7. het proces-verbaal van verhoor van de regiopolitie Brabant-Noord, district Land van Cuijk, team Cuijk, met nummer PL2151/08-167037, d.d. 14 augustus 2008 in de wettelijke vorm opgemaakt door [verbalisant 6], hoofdagent van politie, opgenomen in het dossier van de regiopolitie Brabant-Noord, district Land van Cuijk, team Cuijk, met dossiernummer PL2151/08-017354, sluitingsdatum 4 september 2008, op pagina 41-42, voor zover dit - zakelijk weergeven - inhoudt als verklaring van [betrokkene 3]:
Adres: [b-straat 2] te [plaats].
Rond Koninginnedag (het hof begrijpt: 30 april 2008) belde iemand bij de voordeur aan. Ik zag dat er een man bij de voordeur stond. De man zei tegen mij dat hij poetsspullen verkocht voor de spellen van kinderen. Ik kan de man als volgt omschrijven:
- licht getinte huidskleur;
- normaal postuur;
- 1.65 meter lang;
- geen snor/baard of bril.
8. het proces-verbaal van verhoor van de regiopolitie Brabant-Noord, district Land van Cuijk, team Cuijk, met nummer PL2151/08-167037, d.d. 14 augustus 2008 in de wettelijke vorm opgemaakt door [verbalisant 6], hoofdagent van politie, opgenomen in het dossier van de regiopolitie Brabant-Noord, district Land van Cuijk, team Cuijk, met dossiernummer PL2151/08-017354, sluitingsdatum 4 september 2008, op pagina 43-44, voor zover dit - zakelijk weergeven - inhoudt als verklaring van [betrokkene 4]:
Adres: [b-straat 3] te [plaats].
Rond Koninginnedag 2008 (het hof begrijpt: 30 april 2008) ging de voordeurbel. Ik zag dat er een man voor de voordeur stond. De man zei dat hij poetsspullen verkocht voor kinderen. Ik kan de man als volgt omschrijven:
- licht getint;
- 50 jaar oud;
- mager postuur;
- geen gezichtsbeharing of bril."