ECLI:NL:HR:2012:BX5558

Hoge Raad

Datum uitspraak
9 oktober 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
11/03309
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie tegen arrest Gerechtshof Amsterdam inzake strafzaak

Op 9 oktober 2012 heeft de Hoge Raad der Nederlanden uitspraak gedaan in een cassatiezaak met nummer 11/03309. Het beroep in cassatie was ingesteld door de verdachte, die ten tijde van de betekening van de aanzegging gedetineerd was in de Penitentiaire Inrichting 'Veenhuizen, locatie Norgerhaven'. De zaak betrof een arrest van het Gerechtshof te Amsterdam, dat op 28 juni 2011 had geoordeeld in de strafzaak tegen de verdachte. De verdediging werd vertegenwoordigd door mr. W. Hendrickx, advocaat te Utrecht, die middelen van cassatie had voorgesteld. De Advocaat-Generaal, Hofstee, concludeerde tot verwerping van het beroep.

De Hoge Raad heeft de middelen beoordeeld en geconcludeerd dat deze niet tot cassatie konden leiden. Volgens artikel 81, eerste lid, van de Wet op de rechterlijke organisatie (RO) was er geen noodzaak voor nadere motivering, aangezien de middelen niet leidden tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. Dit betekent dat de Hoge Raad de eerdere uitspraak van het Gerechtshof heeft bevestigd.

De uitspraak is gedaan door vice-president A.J.A. van Dorst, samen met de raadsheren Y. Buruma en N. Jörg, en werd uitgesproken in aanwezigheid van de waarnemend griffier E. Schnetz. De beslissing om het beroep te verwerpen werd op dezelfde datum, 9 oktober 2012, bekendgemaakt.

Uitspraak

9 oktober 2012
Strafkamer
nr. S 11/03309
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Amsterdam, zitting houdende te Arnhem, van 28 juni 2011, nummer 21/004229-10, in de strafzaak tegen:
[Verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1979, ten tijde van de betekening van de aanzegging gedetineerd in de Penitentiaire Inrichting "Veenhuizen, locatie Norgerhaven" te Veenhuizen.
1. Geding in cassatie
Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze heeft mr. W. Hendrickx, advocaat te Utrecht, bij schriftuur middelen van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Advocaat-Generaal Hofstee heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
2. Beoordeling van de middelen
De middelen kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81, eerste lid, RO, geen nadere motivering nu de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
3. Beslissing
De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Dit arrest is gewezen door de vice-president A.J.A. van Dorst als voorzitter, en de raadsheren Y. Buruma en N. Jörg, in bijzijn van de waarnemend griffier E. Schnetz, en uitgesproken op 9 oktober 2012.