ECLI:NL:HR:2012:BX6962
Hoge Raad
- Cassatie
- Rechtspraak.nl
Cassatie over interlandelijke adoptie en erkenning in strijd met openbare orde
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 2 november 2012 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure betreffende de voogdij over een minderjarige, die in Polen is geboren en door een Nederlandse man en vrouw is erkend en geadopteerd. De man en de vrouw, die op 20 augustus 2001 in Nederland zijn gehuwd, hebben de minderjarige erkend en geadopteerd, maar de adoptie is in Nederland niet erkend vanwege strijd met de openbare orde. De biologische moeder van de minderjarige heeft geen verweerschrift ingediend, en de Advocaat-Generaal heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De Hoge Raad heeft vastgesteld dat de erkenning van de minderjarige door de man in Polen niet in Nederland erkend kan worden, omdat deze erkenning kennelijk in strijd is met de Nederlandse openbare orde. Dit is gebaseerd op de Wet conflictenrecht afstamming, die bepaalt dat een buitenlandse erkenning niet erkend wordt als deze in strijd is met de openbare orde. De Hoge Raad heeft ook opgemerkt dat de adoptie door de vrouw in Polen niet rechtsgeldig is, omdat deze niet in overeenstemming is met de regels van het Haags Adoptieverdrag 1993.
De rechtbank had eerder het verzoek van de Raad voor de Kinderbescherming om de BJZ tot voogdes over de minderjarige te benoemen toegewezen, en het hof had deze beschikking bekrachtigd. De Hoge Raad heeft de klachten van de man en vrouw afgewezen en bevestigd dat de adoptie niet kan worden erkend in Nederland, omdat de man niet de biologische vader is en de adoptieprocedure niet correct is gevolgd. De uitspraak benadrukt de noodzaak om de regelgeving omtrent interlandelijke adoptie te respecteren en de bescherming van kinderen te waarborgen.