ECLI:NL:HR:2012:BX7852
Hoge Raad
- Cassatie
- C.A. Streefkerk
- M.A. Loth
- M.V. Polak
- J.C. van Oven
- Rechtspraak.nl
Huur woonruimte; vordering tot ontbinding en ontruiming met betaling achterstallige huur
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 30 november 2012 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure betreffende een vordering tot ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van de huurwoning, alsook betaling van achterstallige huur. De eiseres, wonende te [woonplaats], heeft beroep in cassatie ingesteld tegen een arrest van het gerechtshof te Amsterdam. Dit arrest volgde op eerdere vonnissen van de kantonrechter te Amsterdam, waarbij de vordering van eiseres in eerste instantie was afgewezen. De Hoge Raad verwijst naar de eerdere vonnissen van 3 juni 2010 en 11 november 2010, en het arrest van het hof van 24 mei 2011, die aan deze procedure ten grondslag liggen.
De Hoge Raad heeft de zaak in cassatie beoordeeld en geconcludeerd dat de klachten die door eiseres zijn aangevoerd niet tot cassatie kunnen leiden. De Hoge Raad oordeelt dat, gezien artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie, er geen nadere motivering nodig is, omdat de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De conclusie van de Advocaat-Generaal M.H. Wissink strekt tot verwerping van het beroep.
Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep verworpen en eiseres veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van de verweerder, Segesta Vastgoed II B.V., zijn begroot op nihil. Dit arrest is openbaar uitgesproken door raadsheer J.C. van Oven, en is daarmee een belangrijke uitspraak in het civiele recht met betrekking tot huurrecht en de ontbinding van huurovereenkomsten.