ECLI:NL:HR:2012:BX9227
Hoge Raad
- Cassatie
- Hoge Raad
- Rechtspraak.nl
Cassatie van de Staatssecretaris van Financiën tegen uitspraak Gerechtshof inzake navorderingsaanslagen inkomstenbelasting en vermogensbelasting
Op 5 oktober 2012 heeft de Hoge Raad het beroep in cassatie van de Staatssecretaris van Financiën behandeld. Dit beroep was gericht tegen een uitspraak van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch, die op 2 december 2011 was gedaan in de zaak met nummer 04/01647. De zaak betrof navorderingsaanslagen die aan X te Z waren opgelegd in verband met de inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen, alsook in de vermogensbelasting. Daarnaast waren er beschikkingen gegeven met betrekking tot verhogingen en boetes, evenals beschikkingen inzake heffingsrente.
De Hoge Raad heeft in deze zaak geoordeeld op basis van artikel 81 van de Wet op de rechterlijke organisatie (RO). Dit artikel biedt de mogelijkheid om een uitspraak te doen zonder dat een uitgebreide motivering noodzakelijk is, indien de Hoge Raad van oordeel is dat de zaak zich daarvoor leent. De uitspraak van de Hoge Raad heeft gevolgen voor de rechtspraktijk, vooral in het bestuursrecht en belastingrecht, waar het gaat om de beoordeling van navorderingsaanslagen en de daarbij behorende beschikkingen.
De uitspraak van de Hoge Raad is van belang voor de betrokken partijen, maar ook voor andere belastingplichtigen die met soortgelijke situaties te maken hebben. Het biedt duidelijkheid over de toepassing van de wet en de mogelijkheden voor het aanvechten van belastingaanslagen en de daaruit voortvloeiende beschikkingen.