ECLI:NL:HR:2012:BY1499
Hoge Raad
- Herziening
- A.J.A. van Dorst
- J.P. Balkema
- J.W. Ilsink
- Rechtspraak.nl
Herziening van een vonnis van de Politierechter in de Rechtbank Leeuwarden met betrekking tot mishandeling, belediging en diefstal
Op 30 oktober 2012 heeft de Hoge Raad der Nederlanden uitspraak gedaan in de zaak met nummer 12/00375 H, waarin een aanvraag tot herziening werd behandeld. De aanvraag was ingediend door een aanvrager die in 1958 was geboren en die eerder door de Politierechter in de Rechtbank Leeuwarden was veroordeeld voor mishandeling, eenvoudige belediging aan een ambtenaar en diefstal door twee of meer verenigde personen. De Politierechter had de aanvrager een gevangenisstraf van 45 dagen opgelegd, naast de tenuitvoerlegging van een eerder voorwaardelijk opgelegde gevangenisstraf van 90 dagen.
De aanvraag tot herziening was gebaseerd op het argument dat de aanvrager het recht om rechtsmiddelen uit te putten was ontnomen, omdat hij het vonnis pas na het verstrijken van de beroepstermijn had ontvangen. De Hoge Raad oordeelde dat deze enkele omstandigheid niet leidde tot een ernstig vermoeden dat, indien het gegeven bekend was geweest tijdens de terechtzitting, het onderzoek tot een andere uitkomst zou hebben geleid.
Daarom verklaarde de Hoge Raad de aanvraag tot herziening niet-ontvankelijk. Dit arrest werd uitgesproken door vice-president A.J.A. van Dorst, met de raadsheren J.P. Balkema en J.W. Ilsink in bijzijn van waarnemend griffier E. Schnetz. De uitspraak benadrukt de strikte voorwaarden waaronder herziening van een vonnis kan plaatsvinden, en bevestigt dat de aanvrager niet in zijn rechten is geschaad op een wijze die tot herziening kan leiden.