ECLI:NL:HR:2012:BY5219
Hoge Raad
- Cassatie
- Rechtspraak.nl
Cassatie tegen arrest Gerechtshof Amsterdam inzake strafzaak
In deze zaak gaat het om een cassatieberoep tegen een arrest van het Gerechtshof te Amsterdam, dat op 28 december 2010 uitspraak deed in een strafzaak. De verdachte, geboren in 1986, heeft het beroep ingesteld via zijn advocaat, mr. B.P.J. van Riel. De Advocaat-Generaal, Silvis, heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep. De Hoge Raad, zittende op 18 december 2012, heeft het beroep in cassatie beoordeeld.
De Hoge Raad heeft vastgesteld dat het middel van cassatie niet kan leiden tot cassatie. Dit is in overeenstemming met artikel 81, eerste lid, van de Wet op de rechterlijke organisatie (RO), dat bepaalt dat een nadere motivering niet nodig is wanneer het middel niet leidt tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep verworpen. Dit arrest is uitgesproken door de vice-president W.A.M. van Schendel, samen met de raadsheren W.F. Groos en Y. Buruma, in aanwezigheid van de waarnemend griffier A.C. ten Klooster. De uitspraak vond plaats op 18 december 2012.