ECLI:NL:HR:2012:BY6520

Hoge Raad

Datum uitspraak
18 december 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
12/05453 H
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Herziening
Rechters
  • A.J.A. van Dorst
  • J.P. Balkema
  • J.W. Ilsink
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Herziening van een verzoek tot wraking in strafrechtelijke procedure

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 18 december 2012 uitspraak gedaan over een aanvraag tot herziening van een beslissing van het Gerechtshof te 's-Gravenhage. De aanvrager had op 7 mei 2012 een verzoek tot wraking ingediend tegen de leden van het Hof, die eerder een klaagschrift van de aanvrager hadden behandeld. Het Hof had de aanvrager echter niet-ontvankelijk verklaard in zijn verzoek tot wraking. De aanvrager verzocht de Hoge Raad om herziening van deze beslissing.

De Hoge Raad oordeelde dat de beslissing van het Hof van 7 mei 2012 niet kan worden herzien, omdat deze beslissing geen uitspraak is die valt onder de herzieningsgronden van artikel 457, eerste lid, van het Wetboek van Strafvordering. De Hoge Raad benadrukte dat de beslissing van het Hof niet kan worden aangemerkt als een veroordeling in de zin van de wet, waardoor de aanvraag tot herziening niet-ontvankelijk is. Dit betekent dat de Hoge Raad de aanvraag niet in behandeling kan nemen, zoals ook is bepaald in artikel 465, eerste lid, van het Wetboek van Strafvordering.

De uitspraak van de Hoge Raad is gedaan door vice-president A.J.A. van Dorst, samen met de raadsheren J.P. Balkema en J.W. Ilsink, en is uitgesproken in aanwezigheid van de waarnemend griffier E. Schnetz. De beslissing bevestigt de eerdere uitspraak van het Gerechtshof en onderstreept de strikte voorwaarden waaronder herziening van een uitspraak kan plaatsvinden.

Uitspraak

18 december 2012
Strafkamer
nr. S 12/05453 H
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op een aanvraag tot herziening van een beslissing van het Gerechtshof te 's-Gravenhage van 7 mei 2012, nummer 001719-12, ingediend door:
[Aanvrager], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1956.
1. De beslissing waarvan herziening is gevraagd
Het Hof heeft de aanvrager niet-ontvankelijk verklaard in zijn verzoek tot wraking van de leden van het Hof die bij beslissing van 16 maart 2012 aanvragers verzoek tot wraking van de voorzitter van de raadkamer die een op de voet van art. 12 Sv door de aanvrager ingediend klaagschrift heeft behandeld, hebben afgewezen.
2. De aanvraag tot herziening
De aanvraag tot herziening is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
3. Beoordeling van de aanvraag
De aanvraag zal niet tot herziening kunnen leiden, reeds omdat de beslissing van het Hof van 7 mei 2012 niet is een uitspraak houdende een veroordeling in de zin van art. 457, eerste lid, Sv. De aanvraag kan daarom - gelet op art. 465, eerste lid, Sv - niet worden ontvangen.
4. Beslissing
De Hoge Raad verklaart de aanvraag tot herziening niet-ontvankelijk.
Dit arrest is gewezen door de vice-president A.J.A. van Dorst als voorzitter, en de raadsheren J.P. Balkema en J.W. Ilsink, in bijzijn van de waarnemend griffier E. Schnetz, en uitgesproken op 18 december 2012.