ECLI:NL:HR:2013:1077

Hoge Raad

Datum uitspraak
1 november 2013
Publicatiedatum
31 oktober 2013
Zaaknummer
12/03794
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Aansprakelijkheid van bestuurder vennootschap wegens onrechtmatige daad door verwijtbaar onbetaald laten van huurschuld

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 1 november 2013 uitspraak gedaan in het cassatieberoep van Verde Trade Parc B.V. tegen een arrest van het gerechtshof te 's-Gravenhage. De zaak betreft de aansprakelijkheid van een bestuurder van een vennootschap voor onrechtmatige daad, specifiek in het kader van het onbetaald laten van een huurschuld en het laten doorlopen van een huurovereenkomst. De Hoge Raad verwijst naar eerdere vonnissen van de rechtbank 's-Gravenhage en het arrest van het hof, waaruit blijkt dat de bestuurder verwijtbaar heeft gehandeld door de huurschuld niet te voldoen. De advocaat-generaal, L. Timmerman, heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep, wat de Hoge Raad heeft overgenomen. De klachten die in het cassatiemiddel zijn aangevoerd, zijn door de Hoge Raad niet gegrond bevonden. De Hoge Raad oordeelt dat de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad heeft het beroep verworpen en Verde veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die zijn begroot op een totaal van € 4.086,34.

Uitspraak

1 november 2013
Eerste Kamer
nr. 12/03794
LZ/NH
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
VERDE TRADE PARC B.V.,
gevestigd te Honselersdijk, gemeente Westland,
EISERES tot cassatie,
advocaat: mr. P.J.L.J. Duijsens,
t e g e n
[verweerster],
wonende te [woonplaats],
VERWEERSTER in cassatie,
advocaat: mr. M.E. Bruning.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als Verde en [verweerster].

1.Het geding in feitelijke instanties

Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar de navolgende stukken:
a. de vonnissen in de zaak 345572/HA ZA 09-2763 van de rechtbank ’s-Gravenhage van 11 november 2009 en 23 juni 2010;
b. het arrest in de zaak 200.069.881/01 van het gerechtshof te ’s-Gravenhage van 10 april 2012.
Het arrest van het hof is aan dit arrest gehecht.

2.Het geding in cassatie

Tegen het arrest van het hof heeft Verde beroep in cassatie ingesteld. De cassatiedagvaarding is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
[verweerster] heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De zaak is voor partijen toegelicht door hun advocaten.
De conclusie van de Advocaat-Generaal L. Timmerman strekt tot verwerping met toepassing van art. 81 RO.

3.Beoordeling van het middel

De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81 lid 1 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

4.Beslissing

De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
veroordeelt Verde in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van [verweerster] begroot op € 1.886,34,-- aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, als voorzitter, A.H.T. Heisterkamp en G. Snijders, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer M.A. Loth op
1 november 2013.