ECLI:NL:HR:2013:453

Hoge Raad

Datum uitspraak
9 augustus 2013
Publicatiedatum
8 augustus 2013
Zaaknummer
13/00270
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Procedures
  • Cassatie
Rechters
  • J.A.C.A. Overgaauw
  • C.B. Bavinck
  • L.F. van Kalmthout
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijk verklaring van beroep in cassatie wegens ontbreken gronden

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 9 augustus 2013 uitspraak gedaan in het beroep in cassatie van belanghebbende, vertegenwoordigd door [A] B.V., tegen een eerdere uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem. Het beroep betreft een aanslag in de vennootschapsbelasting voor het jaar 1999, opgelegd aan belanghebbende. De Hoge Raad heeft vastgesteld dat het beroepschrift in cassatie niet de vereiste gronden bevatte. De griffier van de Hoge Raad heeft belanghebbende op 21 januari 2013 per aangetekende brief in de gelegenheid gesteld om dit verzuim te herstellen. Echter, belanghebbende heeft geen gebruik gemaakt van deze mogelijkheid binnen de gestelde termijn.

Gelet op het feit dat herstel van het verzuim niet tijdig heeft plaatsgevonden, heeft de Hoge Raad besloten om het beroep in cassatie niet-ontvankelijk te verklaren, conform artikel 6:6 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De Hoge Raad heeft verder geen termen aanwezig geacht voor een veroordeling in de proceskosten. De beslissing is openbaar uitgesproken en ondertekend door de vice-president en de raadsheren, met de waarnemend griffier aanwezig.

Uitspraak

Hoge Raad der Nederlanden
Derde Kamer
Nr. 13/00270
9 augustus 2013
Arrest
gewezen op het beroep in cassatie van
[X] u.a. (thans [A] B.V.)te
[Z](hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het
Gerechtshof te Arnhemvan 4 december 2012, nr. 11/00519, betreffende een aan belanghebbende voor het jaar 1999 opgelegde aanslag in de vennootschapsbelasting, nr. [001].

1.Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep in cassatie

Het beroepschrift in cassatie bevat niet de gronden van het beroep.
Bij aangetekende brief van 21 januari 2013, die volgens de gegevens van Track&Trace van PostNL is afgeleverd op het door belanghebbende opgegeven adres, heeft de griffier van de Hoge Raad belanghebbende in de gelegenheid gesteld dat verzuim te herstellen. Belanghebbende heeft van deze gelegenheid geen gebruik gemaakt binnen de daartoe gestelde termijn. Nu herstel van het verzuim niet tijdig heeft plaatsgevonden, zal de Hoge Raad met toepassing van het bepaalde in artikel 6:6 Awb het beroep in cassatie niet-ontvankelijk verklaren.

2.Proceskosten

De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.

3.Beslissing

De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk.
Dit arrest is gewezen door de vice-president J.A.C.A. Overgaauw als voorzitter, en de raadsheren C.B. Bavinck en L.F. van Kalmthout, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier E. Cichowski, en in het openbaar uitgesproken op 9 augustus 2013.