ECLI:NL:HR:2013:BZ6508
Hoge Raad
- Cassatie
- A.J.A. van Dorst
- B.C. de Savornin Lohman
- V. van den Brink
- Rechtspraak.nl
Cassatie tegen veroordeling voor openlijk in vereniging geweld plegen en opzetheling
In deze zaak gaat het om een cassatieberoep tegen een arrest van het Gerechtshof te Amsterdam, dat op 19 april 2011 uitspraak deed in een strafzaak tegen de verdachte, geboren in 1986. De verdachte was door het Hof veroordeeld voor openlijk in vereniging geweld plegen tegen personen en opzetheling, met een geldboete van € 500,- of 10 dagen hechtenis als alternatief. Het beroep in cassatie is ingesteld door de verdachte, vertegenwoordigd door mr. S. Ben Tarraf, advocaat te Amsterdam. In de schriftuur werd een middel van cassatie voorgesteld, dat aan het arrest is gehecht.
De Advocaat-Generaal G. Knigge heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep. De Hoge Raad heeft de bestreden uitspraak beoordeeld en vastgesteld dat het middel niet kan leiden tot cassatie. Volgens artikel 81, eerste lid, van de Wet op de rechterlijke organisatie behoeft dit geen nadere motivering, omdat het middel niet leidt tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
Op 9 april 2013 heeft de Hoge Raad het beroep verworpen. Dit arrest is gewezen door de vice-president A.J.A. van Dorst als voorzitter, en de raadsheren B.C. de Savornin Lohman en V. van den Brink, in aanwezigheid van de waarnemend griffier E. Schnetz. De uitspraak bevestigt de eerdere veroordeling van de verdachte door het Hof.