I. Het rapport Berekening van het wederechtelijk voordeel, opgemaakt op 30 januari 2007 door de bevoegde opsporingsambtenaren [verbalisant 1] en [verbalisant 2], beiden werkzaam bij het Korps landelijke politiediensten, Dienst Nationale Recherche, Unit Zuid-Nederland, inhoudende, voor zover relevant en zakelijk weergegeven:
7.5 Aantal XTC-pillen
De verdachten [betrokkene 1] en [betrokkene 2] in het opsporingsonderzoek 'Parcival' zijn - voor zover hier relevant - bij vonnis van 16 juni 2005 veroordeeld ter zake van de productie van XTC-pillen op de locatie [a-straat 1] te Aalsmeer in de periode 14 maart 2004 tot en met 5 december 2004.
Zij hebben tijdens de verhoren aangegeven dat er XTC-pillen werden geproduceerd van zelf ingekochte MDMA bij een man genaamd [betrokkene 3]. Daarnaast werden XTC-pillen geproduceerd van MDMA dat werd aangeleverd door opdrachtgevers.
[Betrokkene 2] heeft op 6 december 2004 onder meer verklaard dat
- hij een dag voor zijn aanhouding een hoeveelheid van 90.000 XTC-pillen klaar had liggen voor een klant;
- het aantal pillen dat hij sloeg varieerde 300.000 tot 400.000 per maand tot minder dan 100.000 pillen per maand;
- hij schatte dat hij het afgelopen halfjaar ongeveer 1.000.000 XTC-pillen had geslagen;
- sommige klanten het XTC-poeder aanleverden om pillen te laten slaan en anderen gewoon geld betaalden en opdracht gaven tot het slaan van pillen.
[Betrokkene 1] heeft op 6 en 13 december 2004 onder meer verklaard dat
- hij schatte dat hij een productie had gedraaid van ongeveer 100 kilogram MDMA-poeder;
- hij het poeder afnam van een Nederlander, [betrokkene 3] genaamd;
- een levering uit 40 à 50 duizend pillen bestond;
- hij MDMA-poeder van Chinezen kreeg geleverd waarvan hij vervolgens pillen moest slaan;
- hij in de ochtend van 4 december 2004 nog ongeveer 20.000 pillen had geproduceerd, die bij een partij hoorden van in totaal 90.000 stuks;
- hij op 5 december 2004 een partij van 10.000 XTC-pillen had weggebracht naar een Chinees;
- hij toen met [betrokkene 3] sprak over de afname van MDMA-poeder;
- hij dacht dat hij ongeveer 10 keer MDMA-poeder van [betrokkene 3] had afgenomen;
- deze partijen MDMA-poeder varieerden van 10 tot 40 kilo;
- [betrokkene 3] alleen MDMA-poeder leverde;
- hij uit 1 kilo MDMA-poeder tussen de 5.000 en 6.000 XTC-pillen haalde.
Tijdens het onderzoek vond op de locatie [a-straat 1] te Aalsmeer een doorzoeking ter inbeslagneming plaats. Hierbij werden kladpapiertjes met daarop cijfers en namen in beslag genomen onder beslagcode 34-Q-2-5i. [Betrokkene 1] heeft verklaard dat hij deze kladpapiertjes zelf heeft opgesteld en heeft uitleg gegeven over de daarop vermelde cijferreeksen en namen.
7.5.5 Aantal XTC-pillen van MDMA door opdrachtgevers geleverd
Na verder onderzoek van de aangetroffen aantekeningen is te zien dat de veroordeelde alleen de maanden september, oktober en november (het hof begrijpt op grond van de hiervoor genoemde verklaring van de veroordeelde [betrokkene 2]: 2004) in drie blokken heeft verdeeld en per blok een totaaltelling heeft gemaakt.
De totaaltellingen van deze maanden zijn respectievelijk 315, 344 en 518. Uit de verklaring van [betrokkene 1] blijkt dat hij uit de codes met de daarbij behorende naam kon afleiden of het hier ging om bijvoorbeeld 20.000 of 2.000 XTC-pillen, echter in de totaaltelling van de blokken blijkt dat er geen verschil zit in de aantallen en de codes.
Hieruit wordt geconcludeerd dat er voor de samensteller van deze aantekeningen geen verschil zat in de aantallen en de opgestelde codes, terwijl de verklaring van de veroordeelde dit wel doet vermoeden.
Uit voornoemde totaaltelling blijkt dat er in de maanden september (315), oktober (344) en november/december (518) in totaal 1.177 x 1.000 = 1.177.000 XTC-pillen zijn geslagen/geproduceerd met MDMA die door opdrachtgevers is geleverd.
Uit de totaaltelling van het Excelbestand blijkt dat er in de periode juni tot december van een onbekend jaar, doch het hof begrijpt - gelet op de hiervoor weergegeven verklaring van de medeveroordeelde [betrokkene 2] - 2004, in totaal minimaal 1.959.000 XTC-pillen werden vervaardigd met MDMA dat door de klant zelf was aangeleverd. Hierbij wordt opgemerkt dat mede gezien de niet-consistente verklaringen van [betrokkene 1] de aantallen op 5 juli en 10 juli voor de berekening van het wederrechtelijk verkregen voordeel werden aangepast van respectievelijk 2.000 naar 20.000 en 7.000 naar 70.000 XTC-pillen.
7.5.6 Aantal XTC-pillen van door [betrokkene 3] geleverde MDMA
[Betrokkene 1] heeft verklaard dat hij uit 1 kilogram MDMA 5.000 tot 6.000 XTC-pillen kon produceren. Omtrent de levering van MDMA door [betrokkene 3] heeft [betrokkene 1] verklaard dat hij deze ongeveer 20 maal heeft ontmoet, waarbij 10 maal een levering van tussen de 10 en 40 kilogram MDMA heeft plaatsgevonden. Hieruit blijkt, als men met gemiddelden rekent, [betrokkene 1] ongeveer 10 maal 25 kilogram MDMA heeft ontvangen van deze [betrokkene 3], zijnde 250 kilogram MDMA. [Betrokkene 1] heeft verklaard dat uit 1 kilogram gemiddeld 5.500 XTC-pillen konden worden geproduceerd. Dit levert een gemiddelde op van (250 x 5.500 =) 1.375.000 XTC-pillen.
Voor de berekening van het wederrechtelijk verkregen voordeel wordt uitgegaan van een totaal aantal geproduceerde XTC-pillen van:
- 1.959.000 met het MDMA dat was aangeleverd door opdrachtgevers en
- 1.375.000 met het MDMA dat men zelf heeft ingekocht bij [betrokkene 3]
7.6 Prijzen van XTC-pillen
[Betrokkene 2] heeft op 6 december 2004 verklaard dat
- de productiekosten per pil € 0,04 bedroegen;
- XTC-poeder (het hof begrijpt: MDMA) € 1.500,- per kilogram kostte.
[Betrokkene 1] heeft op 13 december 2004 verklaard dat
- ze voor de fabricage van de pillen waarvan de MDMA door de afnemers zelf was geleverd € 0,02 ontvingen;
- ze bij sommige afnemers € 0,03 per pil vroegen;
- ze voor de fabricage van de pillen, gemaakt van de bij [betrokkene 3] ingekochte MDMA, een prijs vroegen die lag tussen de € 0,10 en € 0,20 per XTC-pil;
- ze voor een kilogram MDMA gemiddeld tussen de € 1.000,- en € 1.500,- betaalden.
Op grond van het voorgaande is voor de berekening van het wederrechtelijk verkregen voordeel bij het vervaardigen van XTX-pillen van MDMA die [betrokkene 1] en [betrokkene 2] zelf bij [betrokkene 3] inkochten, uitgegaan van een nettowinst van € 0,15, zijnde het gemiddelde van hetgeen [betrokkene 1] hierover heeft verklaard. Er wordt door de rapporteurs geen rekening gehouden met inkoopkosten en dergelijke, omdat [betrokkene 1] heeft verklaard dat men eerst een kostprijs berekende en hier vervolgens de winst bovenop zette.
Voor de berekening van het wederrechtelijk verkregen voordeel van XTC-pillen die geslagen waren met MDMA aangeleverd door de klant zelf, wordt uitgegaan van een nettowinst van € 0,025, zijnde het gemiddelde van € 0,02 en € 0,03.
8 Het wederrechtelijk verkregen voordeel
8.1 [A-straat 1] te Aalsmeer
Naar aanleiding van het voorgaande wordt ten behoeve van de berekening van het wederrechtelijk verkregen voordeel op de locatie [a-straat 1] te Aalsmeer uitgegaan van
- aantal XTC-pillen geproduceerd met gekochte MDMA bij [betrokkene 3] 1.375.00;
- aantal XTC-pillen geproduceerd met MDMA van klanten zelf 1.959.000;
- winst per XTC-pil van gekochte MDMA bij [betrokkene 3] € 0,15;
- winst per XTC-pil van MDMA van klanten zelf € 0,025;
- 1.375.000 x € 0,15 = € 206.250,-
- 1.959.000 x € 0,025 = € 48.975,-
- Totaal € 255.225,-