ECLI:NL:HR:2014:58

Hoge Raad

Datum uitspraak
14 januari 2014
Publicatiedatum
14 januari 2014
Zaaknummer
13/03382
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Herziening
Rechters
  • A.J.A. van Dorst
  • J.P. Balkema
  • J.W. Ilsink
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Herziening van een vonnis inzake aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 14 januari 2014 uitspraak gedaan over een aanvraag tot herziening van een vonnis van de Kantonrechter in de Rechtbank Breda. De aanvrager, geboren in 1979, was eerder veroordeeld voor een overtreding van artikel 30 lid 4 van de Wet aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen (WAM) op 18 juli 2009. De Kantonrechter had de aanvrager veroordeeld tot een week hechtenis en een ontzegging van de bevoegdheid om motorrijtuigen te besturen voor de duur van vier maanden. De aanvraag tot herziening was gebaseerd op de stelling dat er nieuwe feiten waren die niet bekend waren tijdens de oorspronkelijke rechtszitting, namelijk dat er op de datum van de overtreding wel degelijk een verzekering voor het betrokken motorrijtuig was afgesloten.

De Advocaat-Generaal P.C. Vegter concludeerde dat de aanvraag gegrond was en dat de Hoge Raad de zaak zou moeten verwijzen naar een gerechtshof voor herbehandeling. De Hoge Raad oordeelde dat de nieuwe informatie, die na de uitspraak van de Kantonrechter was verkregen, een ernstig vermoeden wekte dat de Kantonrechter, indien hij deze informatie had gekend, tot een vrijspraak zou zijn gekomen. De Hoge Raad verklaarde de aanvraag tot herziening gegrond en beval de opschorting van de tenuitvoerlegging van het vonnis van de Kantonrechter. De zaak werd verwezen naar het Gerechtshof 's-Hertogenbosch voor verdere behandeling.

Dit arrest is gewezen door de vice-president A.J.A. van Dorst als voorzitter, en de raadsheren J.P. Balkema en J.W. Ilsink, in aanwezigheid van de waarnemend griffier E. Schnetz. Mr. Balkema en mr. Ilsink waren niet in staat het arrest te ondertekenen.

Uitspraak

14 januari 2014
Strafkamer
nr. 13/03382 H
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op een aanvraag tot herziening van een in kracht van gewijsde gegaan vonnis van de Kantonrechter in de Rechtbank Breda van 26 oktober 2010
,nummer 96/014398-10
,ingediend door mr. G.J.P.M. Mooren, advocaat te Goirle
,namens:
[aanvrager], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1979.

1.De uitspraak waarvan herziening is gevraagd

De Kantonrechter heeft de aanvrager ter zake van "overtreding van het bepaalde in artikel 30 lid 4 Wet aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen" (hierna: WAM), gepleegd op 18 juli 2009 met het motorrijtuig voorzien van het kenteken [AA-00-BB], veroordeeld tot een week hechtenis en tot ontzegging van de bevoegdheid motorrijtuigen te besturen voor de duur van 4 maanden.

2.De aanvraag tot herziening

2.1.
De aanvraag tot herziening is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
2.2.
De aanvraag berust op de stelling dat sprake is van een gegeven als bedoeld in art. 457, eerste lid aanhef en onder c, Sv aangezien uit de bij de aanvraag gevoegde bescheiden blijkt dat op 18 juli 2009 voor het motorrijtuig met het kenteken [AA-00-BB] wel een verzekering overeenkomstig de WAM van kracht was.

3.De conclusie van de Advocaat-Generaal

De Advocaat-Generaal P.C. Vegter heeft geconcludeerd dat de Hoge Raad de aanvraag gegrond zal verklaren, voor zover nodig de opschorting of schorsing van de tenuitvoerlegging van de in de aanvraag vermelde uitspraak zal bevelen en de zaak zal verwijzen naar een gerechtshof, opdat de zaak zal worden berecht en afgedaan op de wijze als in art. 472, tweede lid, Sv is voorzien.

4.Beoordeling van de aanvraag

4.1.
Als grondslag voor een herziening kan, voor zover hier van belang, krachtens het eerste lid aanhef en onder c van art. 457 Sv slechts dienen een door bescheiden gestaafd gegeven dat bij het onderzoek op de terechtzitting aan de rechter niet bekend was en dat het ernstige vermoeden wekt dat indien dit gegeven bekend zou zijn geweest, het onderzoek van de zaak zou hebben geleid hetzij tot een vrijspraak van de gewezen verdachte, hetzij tot een ontslag van alle rechtsvervolging, hetzij tot de niet-ontvankelijkverklaring van het openbaar ministerie, hetzij tot de toepassing van een minder zware strafbepaling.
4.2.
Bij de aanvraag is overgelegd een verklaring van 26 januari 2012 van Het Nederlands Volmachtbedrijf B.V.. Deze verklaring houdt onder meer in:
"Ter voldoening aan het gestelde in artikel 34, lid 2, van de Wet Aansprakelijkheidsverzekering Motorrijtuigen (WAM) verklaart:
Naam maatschappij: Delta Lloyd Schadeverzekering N.V.
Code CRWAM: [001]
WAM-nr maatschappij: [002]
hierbij dat op (datum): 18-07-2009
voor het motorrijtuig voorzien van het kenteken:
[AA-00-BB]
een verzekering van kracht was, welke aan de op die datum door of krachtens de WAM gestelde eisen voldeed, afgesloten onder polisnummer: [003] en dat het CRWAM, voor zover noodzakelijk, is aangepast dan wel gecorrigeerd."
4.3.
Aan de inhoud van dit stuk, totstandgekomen en afgegeven nadat de Kantonrechter uitspraak had gedaan, valt het ernstige vermoeden te ontlenen dat de Kantonrechter, ware hij daarmee bekend geweest, de aanvrager van het hem tenlastegelegde zou hebben vrijgesproken.

5.Slotsom

Uit hetgeen hiervoor is overwogen volgt dat hier sprake is van een gegeven als bedoeld in art. 457, eerste lid aanhef en onder c, Sv zodat de aanvraag gegrond is en als volgt moet worden beslist.

6.Beslissing

De Hoge Raad:
verklaart de aanvraag tot herziening gegrond;
beveelt voor zover nodig de opschorting of schorsing van de tenuitvoerlegging van voormeld vonnis van de Kantonrechter;
verwijst de zaak naar het Gerechtshof 's-Hertogenbosch, opdat de zaak op de voet van art. 472, tweede lid, Sv opnieuw zal worden berecht en afgedaan.
Dit arrest is gewezen door de vice-president A.J.A. van Dorst als voorzitter, en de raadsheren J.P. Balkema en J.W. Ilsink, in bijzijn van de waarnemend griffier E. Schnetz, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
14 januari 2014.
Mr. Balkema en mr. Ilsink zijn buiten staat dit arrest te ondertekenen.