Deze bewezenverklaring steunt op de volgende bewijsmiddelen:
"1. Een proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 13 november 2011 van de politie Hollands Midden met nr. PL1610 2011172282-9. Dit proces-verbaal houdt onder meer in - zakelijk weergegeven - (blz. 26 e.v.):
als de op 13 november 2011 afgelegde verklaring van de verdachte:
Ik liep op 13 november 2011 in Lisse. Onderweg kwam ik een jongen en een meisje tegen. Volgens mij waren hun op de fiets en ik riep zoiets van: "Jo, Jo, Jo". Ik zag dat die jongen van zijn fiets afstapte en ik zag dat hij naar mij toe kwam lopen. Ik ben toen naar die jongen gelopen en ik zei hem: "Joh heb je sigaretten". Ik hoorde die jongen zeggen: Wat moet je van me? Ik zei toen "Wat moet jij nou, je kent me niet". Ik stond toen dicht bij die jongen. De afstand zal ongeveer 50 centimeter zijn geweest. Ik stond best wel provocerend tegenover die jongen. Ik kan wel begrijpen dat dit bedreigend kan overkomen. Ik heb mij wel schuldig gemaakt aan bedreiging en zeker als iemand zich door mij op dat moment bedreigd voelt.
2. De verklaring van de verdachte.
De verdachte heeft ter terechtzitting in eerste aanleg verklaard -zakelijk weergegeven-:
Ik heb op 13 november 2011 te Lisse gezegd: "Wat moet je dan".
3. Een proces-verbaal van aangifte d.d. 13 november 2011 van de politie Hollands Midden met nr. PL1612 2011172282-1. Dit proces-verbaal houdt onder meer in - zakelijk weergegeven - (blz. 4 e.v.):
als de op 13 november 2011 afgelegde verklaring van [betrokkene 1]:
Ik doe aangifte van bedreiging met de dood. Bij mij bestond de overtuiging dat de verdachte zijn bedreiging werkelijk ten uitvoer zou leggen. Op 13 november 2011 liep ik samen met [betrokkene 2] in Lisse. Ik zag een jongen staan. Ik zag dat er een tweede jongen aan kwam lopen. Ik hoorde dat jongen 1 naar mijn vriendin riep: "He meisje". Ik zag dat jongen 1 achter ons aan kwam rennen. Ik zag dat jongen 1 weer op mij kwam aflopen. Ik zag dat hij een mes in zijn linkerhand had. Ik zag dat hij dit mes omhoog bracht in mijn richting. Ik zag dat jongen 1 het mes ter hoogte van mijn keel hield. Ik hoorde dat hij zei: "wat moet je dan, wat moet je dan". Ik zag dat jongen 1 zwaaiende bewegingen maakte met het mes voor mijn gezicht. Op dat moment stond hij dertig centimeter van mij af. Aan niemand werd het recht of de toestemming gegeven tot het plegen van het feit.
4. Een proces-verbaal van verhoor getuige d.d. 13 november 2011 van de politie Hollands Midden met nr. PL1612 2011172282-3. Dit proces-verbaal houdt onder meer in - zakelijk weergegeven - (blz. 9 e.v.):
als de op 13 november 2011 afgelegde verklaring van [betrokkene 2]:
Op 13 november 2011 liep ik samen met[betrokkene 1] in Lisse. Er waren twee manspersonen. Ik hoorde achter mij "He meisje". Dit werd twee of drie keer herhaald. Ik reageerde niet op het aanroepen en liep gewoon door. Ik heb wel steeds schuin achter mij gekeken en zag dat persoon 1 de persoon was, die mij aanriep. Vervolgens hoorde en zag ik dat persoon 1 naar ons toe rende. Toen hij bijna bij ons was aangekomen, draaiden wij ons om. Deze persoon begon meteen te schreeuwen. En was best agressief naar ons. Ik zag dat persoon 1 iets in zijn handen had. Ik zag dat persoon 1 het voorwerp wat hij in zijn handen had, steeds in de richting van mijn vriend bracht. Ik zag dat persoon 1 een zwaaiende beweging maakte met het voorwerp in zijn hand richting het hoofd van mijn vriend. Ik zag dat het voorwerp ongeveer 20 cm bij de keel van mijn vriend vandaan was."