Deze bewezenverklaring steunt op de volgende bewijsmiddelen:
"1. De verklaring van de verdachte.
De verdachte heeft ter terechtzitting in hoger beroep van 17 januari 2013 verklaard - zakelijk weergegeven -:
Ik was in het bezit van een Opel Omega.
Mijn roepnaam is [verdachte].
2. Een proces-verbaal van aangifte d.d. 14 december 2009 van de politie Haaglanden met nr. 2009032328-1. Dit proces-verbaal houdt onder meer in - zakelijk weergegeven - (blz. 50 ev):
als de op 14 december 2009 afgelegde verklaring van [betrokkene]:
Ik ben namens Pizza [A] te Delft gerechtigd tot het doen van aangifte. Tussen 19 november 2009 te 21.30 uur en 22.00 uur werd op de Bilderdijkhof te Delft een straatroof gepleegd. Ik ben eigenaar van Pizza [A] te Delft. Ik doe tevens aangifte namens mijn medewerker [slachtoffer].
Op 19 november 2009 omstreeks 21.30 uur kwam ik op de zaak. Ik hoorde van een van mijn medewerkers dat er nog een bestelling was van 5 pizza's en 2 pakjes Marlboro op de Willem Bilderdijkhof. Ik weet dat er een nummer was doorgegeven, maar dat het nummer niet bestond. Ik weet dat we anoniem gebeld werden om de bestelling door te geven. Het telefoonnummer wat was opgegeven was niet in gebruik.
Omstreeks 22.00 uur werd ik in paniek gebeld door [slachtoffer]. Hij was beroofd. In de portemonnee zat een bedrag van 250 a 300 euro. Verder zijn er 2 pakjes sigaretten a 4,60 euro weggenomen en 5 pizza's ter waarde van 40 euro.
3. Een proces-verbaal van aangifte d.d. 28 december 2009 van de politie Haaglanden met nr. 2009032328-5. Dit proces-verbaal houdt onder meer in - zakelijk weergegeven - (blz. 56):
als de op 28 december 2009 afgelegde verklaring van [betrokkene]:
Ik weet voor 100 procent zeker dat het op een donderdag is gebeurd. Ik denk dat het dan 12 november 2009 is geweest.
4. Een proces-verbaal van verhoor getuige d.d. 15 december 2009 van de politie Haaglanden met nr. 2009032328-2. Dit proces-verbaal houdt onder meer in - zakelijk weergegeven - (blz. 58 ev):
als de op 15 december 2009 afgelegde verklaring van [slachtoffer]:
Ik ben werkzaam als bezorger bij Pizza [A] te Delft.
Ik ging de laatste bestelling bezorgen. Ik kreeg te horen dat dit een bestelling was van vijf pizza's en 2 pakjes sigaretten op de Willem Bilderdijkhof.
Ik ben op mijn bromfiets naar de Willem Bilderdijkhof gereden. Ik zag dat het nummer zich niet op de flat bevond. Ik heb geprobeerd het nummer te bellen. Ik hoorde toen dat dit nummer niet in bereik was. Vanaf achteren naderden 3 jongens. Ik zag dat twee jongens hun gezicht bedekt hadden en 1 jongen was hiervan goed zichtbaar. Dader 1 zei op zeer agressieve wijze "Geef mij je geld". Ik heb daarna mijn portemonnee afgegeven aan dader 1. Ik zag dat hij de box van mijn bromfiets opende en daar de bestelling uithaalde. Dit waren vijf pizza's en twee pakjes sigaretten. In de portemonnee zat ongeveer 250 euro. Dader 1 zei: "Hou je bek of ik doe je wat teringlijder". Ik heb later samen met [betrokkene] op internet de site Hyves bekeken en ik zag een foto. Ik herkende de jongen voor 100 procent. Ik hoorde van [betrokkene] dat de jongen [medeverdachte 1] heet.
5. Een proces-verbaal van verhoor (mede)verdachte d.d. 2 maart 2010 van de politie Haaglanden met nr. 2009032328-12. Dit proces-verbaal houdt onder meer in - zakelijk weergegeven - (blz. 88 ev):
als de op 2 maart 2010 afgelegde verklaring van [medeverdachte 1]:
Op 12 november 2009 had ik afgesproken met [medeverdachte 2]. [medeverdachte 3] was bij [medeverdachte 2] thuis. Begin van de avond kwam [medeverdachte 4]. We bedachten een plan om een pizza en sigaretten te bestellen bij een pizzatent. Vervolgens zouden we de pizzakoerier opwachten en beroven van zijn geld en sigaretten. Het plan was om de pizzakoerier op een vals adres te laten bezorgen aan de Willem Bilderdijkhof te Delft. Ik hoorde dat [medeverdachte 4] pizza [A] belde. Hij bestelde pizza's en twee pakjes sigaretten. Omstreeks 21.00 uur kwam een andere jongen die ik ken als [verdachte] naar de flat van [medeverdachte 2]. [verdachte] had een personenauto van het merk Opel Omega 2.0 16v. We zijn allen in de auto gaan zitten. [verdachte] vertelde dat hij wel zou bellen naar pizza [A] om extra pizza's te bestellen.
Op een gegeven moment kwam de pizzakoerier aanrijden. Hij reed vlak langs mij en [medeverdachte 2]. [medeverdachte 2] droeg een capuchon over zijn hoofd. De pizzakoerier reed verder en we zijn in de auto van [verdachte] gaan zitten. De pizzakoerier kwam weer aanrijden en [medeverdachte 3] en [medeverdachte 4] stapten uit de auto en kwamen als eerste bij de pizzakoerier. Ik zag dat [medeverdachte 2] en [verdachte] iets later uitstapten en ook naar de pizzakoerier liepen. [verdachte] ging weer achter het stuur zitten en de rest achterin. [medeverdachte 3] en [medeverdachte 4] hielden een aantal pizzadozen vast. Zij hadden ieder een pakje sigaretten. In Rotterdam parkeerde [verdachte] de auto. Ik zag dat de jongens een aantal bankbiljetten van 10 euro in hun hand hielden, in totaal wel 200 euro. We zijn in Rotterdam naar het casino gegaan. Ik kreeg van [verdachte] geld.
6. Een proces-verbaal van verhoor (mede)verdachte d.d. 10 maart 2010 van de politie Haaglanden met nr. 2009032328-18. Dit proces-verbaal houdt onder meer in - zakelijk weergegeven - (blz. 168 ev):
als de op 10 maart 2010 afgelegde verklaring van [medeverdachte 2]:
Op een donderdag, u zegt 12 november 2009 dat is goed mogelijk, was ik thuis aan de [a-straat] te [plaats]. Daar waren ook een aantal vrienden van mij, [medeverdachte 1], [medeverdachte 3] en [medeverdachte 4]. [medeverdachte 1] of [medeverdachte 4] belde naar Pizza [A]. We zouden de bezorger overvallen. Later kwam [verdachte] met een Opel Omega. Hij had honger en we hebben weer naar Pizza [A] gebeld om een nabestelling te doen. De pizza's zouden komen aan de Willem Bilderdijkhof te Delft op een verzonnen nummer. Wij besloten in de auto te wachten. Wij zagen de pizzakoerier voorbijrijden. [verdachte], [medeverdachte 4] en [medeverdachte 3] beroofden de pizzakoerier van pizza's en grote portemonnee. We zijn daarna naar Rotterdam gereden."