ECLI:NL:HR:2016:2374

Hoge Raad

Datum uitspraak
14 oktober 2016
Publicatiedatum
14 oktober 2016
Zaaknummer
15/04049
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie over de uitleg van een vaststellingsovereenkomst in het contractenrecht

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 14 oktober 2016 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure die voortvloeide uit een geschil over de uitleg van een vaststellingsovereenkomst. De eisers tot cassatie, bestaande uit [eiseres 1] en [eiser 2], hebben beroep ingesteld tegen een arrest van het gerechtshof Den Haag. Dit arrest volgde op eerdere vonnissen van de rechtbank Den Haag en betrof een geschil dat zijn oorsprong vond in een contractuele relatie tussen de partijen. De eisers waren van mening dat een door hen verzonden bericht in strijd was met de vaststellingsovereenkomst, hetgeen leidde tot de cassatieprocedure.

De Hoge Raad heeft in zijn beoordeling vastgesteld dat de klachten van de eisers niet tot cassatie konden leiden. De Hoge Raad oordeelde dat de aangevoerde klachten geen nadere motivering behoefden, omdat deze niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. Dit betekent dat de Hoge Raad de eerdere uitspraken van de lagere rechters heeft bevestigd.

In de uitspraak heeft de Hoge Raad ook de proceskosten aan de zijde van de verweerders in cassatie, PN c.s., toegewezen. De kosten zijn begroot op een totaalbedrag van € 6.524,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. De uitspraak is gedaan door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, A.H.T. Heisterkamp, G. Snijders, en is openbaar uitgesproken door raadsheer G. de Groot.

Uitspraak

14 oktober 2016
Eerste Kamer
15/04049
EE
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
1. [eiseres 1] ,
gevestigd te [vestigingsplaats] ,
2. [eiser 2] ,
wonende te [woonplaats] ,
EISERS tot cassatie,
advocaat: mr. J.H. van Gelderen,
t e g e n
1. PINK AND NELSON B.V.,
gevestigd te ’s-Gravenhage,
2. de stichting STICHTING ADMINISTRATIEKANTOOR PINK AND NELSON,
gevestigd te ’s-Gravenhage,
3. [verweerster 3],
gevestigd te [vestigingsplaats],
VERWEERSTERS in cassatie,
advocaat: mr. J. de Bie Leuveling Tjeenk.
Eisers tot cassatie zullen hierna worden aangeduid als [eisers] Verweerders in cassatie zullen hierna worden aangeduid als PN c.s.

1.Het geding in feitelijke instanties

Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar de navolgende stukken:
a. de vonnissen in de zaak C/09/428881/HA ZA 12-1213 van de rechtbank Den Haag van 5 december 2012 en 29 mei 2013;
b. het arrest in de zaak 200.129.821/01 van het gerechtshof Den Haag van 7 april 2015.
Het arrest van het hof is aan dit arrest gehecht.

2.Het geding in cassatie

Tegen het arrest van het hof hebben [eisers] beroep in cassatie ingesteld. De cassatiedagvaarding is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
PN c.s. hebben geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De zaak is voor partijen toegelicht door hun advocaten en voor PN c.s. mede door mr. R.L.M.M. Tan.
De conclusie van de Advocaat-Generaal E.B. Rank-Berenschot strekt tot verwerping van het beroep.
De advocaat van [eisers] heeft bij brief van 16 september 2016 op die conclusie gereageerd.

3.Beoordeling van het middel

De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81 lid 1 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

4.Beslissing

De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
veroordeelt [eisers] in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van PN c.s. begroot op € 6.524,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, als voorzitter, A.H.T. Heisterkamp en G. Snijders, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer G. de Groot op
14 oktober 2016.